17a De VOORZITTER citeert het volgende antwoord van b&w: "Eind maart - begin april jl, bereikten ons opnieuw klachten over een verschrikkelijke stank in de omgeving van de Noordwal, Solms- bolwerk en de Veerweg. Omdat wij oorspronkelijk veronderstelden, dat deze stank veroorzaakt zou worden door de schuimaarde van de C.S.M. hebben wij op 16 april jl. een bespreking gehad met de directeur van de C.S.M.ir.Bun. In het gesprek bleek, dat de schuimaarde dit jaar nog niet is geroerd en kan als zodanig de stank onmogelijk veroorzaken. De boosdoener is echter hst rottende water in de Noordvest. Het rioolstelsel van een deel van de stad en indirect van de Welberg loost op de Noordvest. Doordat de Noordvest is afgesloten om het leeglopen te voorkomen en slechts heel beperkte verversingsmogelijkheden aanwezig zijn, gaat deze als een zuivering^bassin werken met zelfs een vrij grote zuive ringsgraad. Dit rottende, anaërobe proces zorgt voor een bijzonder kwalijke lucht, waarbij bovendien nog H2S (zwavelwaterstof) vrijkomt. Wij hebben dan ook besloten om het anaërobe zuiveringsproces om te zet ten in een- aërobe proces, hetgeen door beluchting van het water be reikt wordt. De C.S.M. stelt daarvoor gedurende het experiment twee beluchters ter beschikking. Zodra de beluchters in werking worden gesteld zal dit enkele dagen een hevige stank veroorzaken door de overgang van het anaërobe proces in het aërobe proces. Tijdens het beluchten wordt zoveel mogelijk zuurstof aan het water toegevoegd, waardoor het af braakproces enorm wordt versneld en de kwalijke lucht heel sterk zal verminderen. Wij hopen ook met het experiment zo'n resultaat te bereiken, dat de stank voor de betrokken bewoners geheel zal verdwijnen"

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1973 | | pagina 95