fe 13 Daarom hebben noch de gemeente noch de woningbouwcorporatie er ook maar enige bedenking tegen dat een onpartijdige derde, namelijk de huurad- viescornmissie wordt ingeschakeld indien een huurder meent dat de ver hoging ten onrechte wordt opgelegd. De betalingsverplichting blijft echter in dit geval bestaan tot de uit spraak is gevallen. Wethouder HERDERS wil voor de volledigheid nog meedelen, dat 15 wo ningen in bijzonder slechte toestand verkeren. Inmiddels is aan de eersten begonnen, terwijl voor de andere woningen de voorbereidingen in een verge vorderd stadium verkeren. Er is 150.000,= voor deze woningen uitgetrok ken. Voor de andere woningcomplexen, die aan een opknapbeurt toe zijn, zijn inmiddels elf bestekken gereed, waarmee een bedrag gemoeid is van in to taal 650.000,=. De heer HOENDERVANGERS dacht, dat als men betaalt aangenomen wordt dat met de verhoging wordt ingestemd. Hij zou daarom ook de mensen, die in slechte woningen zitterï adviseren de verhoging niet te betalen. De VOORZITTER laat deze uitspraak geheel voor rekening van de heer Hoendervangers. Overigens gaat de stelling, dat betaling van de huurver hoging ook aanvaarding inhoudt niet op. Dat is reeds voldoende aangetoond. 2. autowrakken bij woonwagenkamp (hr.Heijmans in cie gemeentewerken] De heer HEIJMANS signaleert de wantoestanden op het woonwagenkamp en in het bijzonder de vele autowrakken die op en langs de openbare weg lig gen. Hij stelt zicfe de vraag hoe de verantwoordelijkheid ligt van de ge meente als hierdoor ongelukken zouden gebeuren. Hij kwalificeert de toe stand ter plaatse als een "aanfluiting" t.a.v. het overheidsgezag. De heer OOMS sluit hierbij aan, en stelt de vraag: hoe de gemeente in zo'n geval eraf zal komen bij een gerechtelijke behandeling van een schade claim. Hij verwacht dat alsdan in het openbaar schande zal worden gespro ken over dit onderdeel in het gemeentelijk beleid." De VOORZITTER citeert het antwoord van bSw Teneinde in deze moeilijke kwestie naar een oplossing toe te werken, zul len wij in eerste instantie een gesprek hebben met de twee belanghebbende woonwagenbewoners, nl. de heren Mol en De Smedt. Wij zullen er daarbij naar streven om gezamenlijk, dus belanghebbenden en gemeente, te komen tot een regeling, waarbij regelmatig de wrakken verden afgevoerd. Wij hebben tot nu toe een wat afwachtende houding aangenomen, omdat wij pp korte termijn een regeling verwachten voor het woonwagenwezen in West- Brabant, met financiële deelname van het Rijk". De VOORZITTER kan hieraan toevoegen, dat b&w toch een onderhoud zullen hebben met de-twee kampbewoners, die de autohandel bedrijven. Jbparkeerverbod Rsvelijnstraat (hr.de Klerck in cie gemeentewerken) "De heer DE KLERCK pleit nogmaals voor instelling van een parkeerverbod in het gedeelte Ravelijnstraat vanaf Blauwstraat - Nic.Peckstraat. De aldaar steeds geparkeerd staande auto's belemmeren het inrijden vanuit de Blauwstréat zeer". De VOORZITTER citeert het antwoord van b&w Op een andere suggestie uit de raad is door ons een besluit als door u bedoeld genomen. De borden daarvoor zijn besteld. Wij verwachten die binnen kort, zodat dan uitvoering kan worden gegeven aan dat besluit. B. mondeling (begin C.Ooms) 4. verkeersveiligheid Stoofdijk (hr.van Geel) De heer VAN GEEL herinnert aan zijn opmerking, gemaakt tijdens de ver gadering van 9 november 1972, over de miserabele toestand van de Stoofdijk voorzover betreft de verkeersveiligheid.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1973 | | pagina 75