plaatse wachten. Uw raad besloot daartoe in de ver gadering van 10 augustus j.l. (grondruil met A. van Bergen De verdaging door het college van gedeputeerde staten is gelegen in het feit, dat een ontheffing ingevolge artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening advi sering door de P.P.D. noodzakelijk maakt. Doordat het uitbrengen van dit advies enige tijd kost is het niet mogelijk gebleken tot goedkeuring over te gaan binnen de daarvoor door de wet gestelde termijn." De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel. 5. AAMKOOP 675 m2 GROND MET OPSTAL - LEN (PANDEN KROMMEWEG 5 EN 7) VAN C. JOCHEUS-JONKERS I De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stem ming overeenkomstig het voorstel. 6. AANKOOP 137 m2 GROND MET OPSTAL LEN (BAND MOLENWEG 118) VAN A.G.A. IJZERMANS (sanering zuidzijde Molenweg) De RAAD besluit zonder discussie en hoofdelijke stem ming overeenkomstig het voorstel. 7. WIJZIGING MINIMUM-VERKOOPPRIJ ZEN "BESTEMMINGSPLAN ZUIDBGED) (herziening "Exploitatie-opzet Zuid 1119 1972") De VOORZITTER acht het noodzakelijk nog een korte aan vulling op het voorstel van b&w te geven. Hij spreekt als volgt: "Laat mij beginnen onze dank uit te spreken voor het vele werk en overwerk die de verantwoordelijke heren van de beide diensten, financiën en publieke werken hebben verricht. In de gezamenlijke commissievergadering j.l. dinsdag heeft de raad kennis genomen van de ingewikkelde materie van een ge meentelijk grondbedrijf waarin gespecialiseerde ambtenaren de nodige helderheid hebben verschaft. Het doet ons genoegen dat dhr. Hoendervangers namens zijn fractie in de vergade ring der beide commissies zijn akkoordverklaring over het voorliggende voorstel heeft gegeven en dat voor hem en de andere leden van deze raad de vaststelling van de minimum- verkoopprijzen waarover dit jaar zo dikwijls en zo uitvoerig is gesproken en waarover het men zo dikwijls niet eens is geweest in ee'n verhelderend daglicht zijn geplaatst. Als de raad er behoefte aan heeft ben ik bereid het resumé te her halen wat ik j.l. dinsdag heb gegeven, teneinde u nogmaals de gang van zaken duidelijk te maken en de organisatie van onze totale grondpolitiek zoals wij die in de toekomst den ken ter hand te.nemen, te verklaren. Ik geloof echter dat dit thans niet nodig is. Ik wil hier graag zeggen dat de kritische begeleiding door dhr. Hoendervangers een samenspel van krachten heeft veroorzaakt bij de verantwoordelijke men sen die in de toekomst zeker vruchten zal dragen en dat ook andere leden in de commissievergaderingen het college voor

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1972 | | pagina 99