- 19 -
intervieuw, dat hij van mening is, dat de voorzitter van het
gewest niet een burgemeester of wethouder moet zijn, maar
een deskundigeof neutraal persoon, eventueel een rijks-of
gemeenteambtenaar.
Ook moest bekend zijn, dat hij pon amore achter het
standpunt stond van alle politieke partijen in de Staten
van Brabant.
Thans wil spreker beknot de gedeelten van zijn betoog
in Wouw weergeven. Daaruit kan dan de raad concluderen of
hij t.a.v. de integriteit van de raad teveel heeft gezegd.
Hij kan citeren uit kladaantekeningen welke hij graag
ter controle aan de. raad ter inzage verstrekt.
Spreker heeft daar gezegd*
"Nu de raden nogmaals hier bij elkaar zijn gekomen, hebben
wij het stadium bereikt, waarin de gemeenten in dit gedeel
te van West-Brabant positie gaan kiezen in de zeer principi
ële zaal van de gemeentelijke zelfstandigheid.
Al wordt de indruk gewekt, dat er van overdracht van be
voegdheden geen sprake is zal het toch hier op neerkomen,
dat het op te richten gewest praktisch het gehele werkter
rein zal gaan omvatten met bindende richtlijnen. In begin
sel vind. ik -sprekend dus in de ik-vorm- een experiment
geen 'bezwaar als het maar een verantwoord experiment is. Na
rijp beraad, waarbij ik -weer de ik-vorm- mijn best heb ge
daan mij in het standpunt van het voorlopig bestuur te
plaatsen, is mijn conclusie -dus zijn persoonlijke conclu
sie- opnieuw, dat aan een behoorlijk resultaat ernstig
moet worden getwijfeld". Dit zijn dus dezelfde woorden, die
spreker ten derde male uitsprak.
Thans komt hij aan een alinea, waarin hij wel de raad
van Steenbergen betrok en waarvan hij hoopt, dat de raad
goede nota neemt of hij toen iets mis heeft gezegd.
Hij heeft dus namens de raad- van Steenbergen de kwestie
van zetelverdeling aangesneden en daarbij gewezen op het uit
gangspunt van het voorlopig bestuur, n.l. dat er 48 zetels
beschikbaar zijn voor 240.000 inwoners. In werkelijkheid
zijn er echter maar 195.000 inwoners, dus 38 zetels. Hij
heeft daaraan toegevoegd, dat het de raad bevreemdde, ook
al was er weinig aan te veranderen dat b.v. Dssendrecht mat
5.003 zielen twee zetels kreeg en -Oudenbosch met bijna
10.000 ook, maar daarentegen Rucphen met 18.000 vier zetels.
Dat vond Steenbergen wat ongelijk verdeeld.
Spreker ging vervolgens weer verder voor persoonlijke
rekening
"Ik wil mij nu bepalen tot enkele hoofdlijnen, want hier
wil ik het accent op leggen.
A. In het overzicht van de wijzigingen in de ontwerp-rege-
ling, aangebracht n.a.v. de wensen van de radendag van 22
augustus j.l. t.a.v. artikel 5, samenstelling van de gwest-
rabd, kunnen burgemeester behalve voorzitter en vice-voor-
zitter, geen deel uitmaken van het dagelijks bestuur. Bij
het creëren van een nieuwe bestuurslaag moeten er operaties
worden verricht enz. enz."
Spreker benadrukt, dat dit voor eigen rekening werd
gesproken. Want, waar gaat het hier on.Artikel 16 van de
ontwerp-regeling zegt, dat er is een college van advies en
bijstand aan het dagelijks bestuur bestaande uit de burgemees
ter der deelnemende gemeenten