- 16 - eerste plaats bepaald door de grootte van het luchtvaart terrein, maar ook door de aard der afgeleide aktivitei- ten Op uw vraag: hoeveel arbeidsplaatsen per ha. kunnen wij u dus geen concreet antwoord geven. Vergelijking met "Moerdijk" gaatbin ieder geval niet op. Ten aanzien van het bedrag, dat voor nieuwe bestemmings plannen in de grondprijzen zal worden ingecalculeerd voor vorming van of toevoeging aan een reserve voor grote wer ken, wensen wij ons thans nog niet uit te spreken. Bij het bepalen van de grondprijzen zullen wij daaromtrent ons standpunt bepalen, aangezien het geen enkele zin heeft daarover thans een uitspraak te doen. Uiteraard is de beslissing over de grootte van het be drag voorbehouden aan de raad en wel bij het vaststellen van de grondprijzen." 3. antwoord aan., de heer van Poppel "Wij zijn het met u eens, dat er allerlei omstandigheden zijn, die de noodzaak van een toekomstige belastingverho ging doen verwachten. Naast.de door u genoemde factoren wijzen wij er op, dat binnen niet al te lange tijd noodzakelijke personeelsuit breiding zal worden voorgesteld, een omstandigheid, die bij het tegenwoordige loonpeil bepaald gewicht in de schaal legt. Tegen deze achtergronden willen wij waarschuwen tegen overschatting van onze begrotingspositie. Wat betreft de gewestvorming stellen wij ons voor de kwestie van de toetreding tot het Gewest Westelijk Noord- Brabant in de decembervergadering aan u voor te leggen. Wij komen daar dan uiteraard uitvoerig op terug. In de beantwoording van de algemene beschouwingen van dhr Hoendervangers is reeds uitgebreid ingegaan op de plano logische situatie, waarin wij ons bevinden. Ik meen dit niet te moeten herhalen. Dat spoed in deze zaak is gebo den, is ook onze mening en het ligt beslist in ons voor nemen om op zeer korte termijn met u samen tot een defi nitieve stellingname te komen. Op 2 augustus 1968 besloot de raad tot toetreding tot de Gemeenschappelijke Regeling Kanaalschap De Eendracht. Daarmee legden wij ons, volgens artikel 48, lid 3, der Regeling voor 10 jaar vast, omdat uittreding pas per 1 januari 1978 kan plaats vinden en vervolgens om de tien jaar. Dit slechts te uwer informatie, omdat wij blijven geloven, dat de gedane inspanningen eens door het Rijk zullen worden gehonoreerd. Een van de knelpunten daarbij is het feit, dat volgens Rijksnormen, het draagvlak te smal is. Het plan moet gedragen worden door een groter gebied. Wij menen, dat nu hier in deze streek de gewestvorming voor de deur staat, daarmee de oplossing kan worden ge vonden. 4. antwoord aan de heer van Tilburg Wij zullen alles in het werk stellen om het 4e kleuter- lokaal in Zuid zo snel mogelijk ter beschikking te hebben In de vorige raadsvergadering is u daarover de stand van zaken meegedeeld. De credietaanvrage loopt, het bouwplan is om advies; kortom alles wat we er aan konden doen is gebeurdWe moeten wachtenmaar niet lijdzaam.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1972 | | pagina 148