- 5 - Het is niet de bedoeling dat wij ons overgeven aan de tailkwesties, de cijfers spreken een duidelijke taal. Wanneer wij het eindcijfer bekijken wat in feite het batig saldo is van de begroting 1973 dan hadden wij dit uiteraard liever nog hoger gezien maar desondanks zijn wij zeer redelijk tevreden. De lasten die onze gemeente moet opbrengen voor onrendabele investeringen op het ge bied van sport, jeugd, recreatie, cultuur enz. zijn enorm en als wij zien wat in onze gemeente is bereikt en nog te bereiken is willen wij eerlijkheidshalve on danks de kritiek die wij bij tijd en wijle lanceren, zeg gen, dat het ons mee valt. De aanbevelingsbrief vermeldt een batig saldo van 93.353,90, wat inmiddels door di verse meevallers is opgelopen tot 122.000,--. Nu uit de grote lijnen van de begroting blijkt dat we des ondanks niet zo veel armslag hebben is onze fractie rea listisch genoeg om te erkennen dat wij alleen dan zullen aandringen op vervulling van onze wensen wanneer blijkt dat onze gemeente een grotere armslag krijgt wanneer eventuele bedragen via de regering voor eventuele aanvul lende werken ter beschikking zouden komen. Een' van deze werken is de nieuwe begraafplaats, die de hoogste urgentie vraagt. Is het daarom juist dat de P.P.C. Noord-Brabant bezwaar maakt tegen de plaats waar over de raad zijn fiat reeds heeft uitgesproken. Onze fractie kan zich aansluiten bij de raming van de belas tingopbrengsten waarbij de gemeente is uitgegaan van de geldende tarieven. Ook onze fractie acht het in dit sta dium nog niet nodig over te gaan tot belastingverhoging. Het moet niet worden ontkend, dat indien tot invoering van de normtarieven zou zijn besloten de opbrengst 65.000,-- meer zou hebben bedragen dan thans wordt ge raamd. Wij zijn ontvankelijk voor de wens van de Minis ter van Binnenlandse Zaken de belastingtarieven op te trekken, maar dit jaar zeer zeker nog niet. Voor het praktisch zakelijk gevoerd beleid is onze frac tie geneigd een hoog waarderingscijfer toe te kennen. Ten aanzien van de communicatie en coördinatie tussen colle ge en raad zijn wij echter gedwongen kritiek te leveren over het gebrek aan informatie-aan de raad. De raad wordt te weinig ingelicht over de bestuurlijke en financiële perikelen, die gemeenschappelijke regelingen meebrengen. Wij denken aan gezondheidszorg, brandweer, recreatieschap Eendracht enz. en tenslotte de bestuurlijke organisatie annex gewestvorming. Voor het welzijn van de burgers dient de beste democra tisch bestuursvorm gekozen te worden en aangezien deze ■zaak tot 'de competentie van de raad behoort is het een gemis dat wij aangaande de gewestvorming te weinig infor matie hebben gekregen. Wij vinden, dat er te kort ge schoten is in voorlichting aan de raad en algemene stand puntbepaling. Als volksvertegenwoordigers wensen wij in de toekomst meer ingelicht te worden door het college over de achtergronden, die al of niet tot juiste besluit vorming zullen leiden. Ook wat de planologie betreft dringen aan op meer en betere informatie.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1972 | | pagina 137