den. Dhr Vogelaar, dl procédé is reieds in beproeving bij de Grontmïj en Heidemij en het resultaat hier van kunnen we even afwachten. VOORZ. Door het gebruik van deze nieuwe constructie zouden wij ook de plaatselijke industrie steunen. Het voorste] wordt hierna z.h.s. aangenomen. 24 VOORSTEL tot wijziging van de begroting 1968 (verlaging post „Rente geldleningen" en verhoging post „Onderhoud wegen"). VOORZ. Bij ons schrijven van 31 oktober 1967, waarbij wij U de be groting 1968 aanboden, hebben wij U er van in kennis gesteld, dat t/el- kenjare in de begroting de ramingen voor kapitaalslasten (rente en af schrijving) tot te hoge bedragen moeten worden opgenomen, gezien de lasten van kapitaalsuitgaven, welke in de loop van een jaar aan de begroting worden toegevoegd, volledig moeten worden opgenomen, terwijl deze uitgaven vrijwel nooit meer volledig in dat jaar wierkelijk worden gedaan. Het is zonder meer duidelijk, dat er van een juist financieel beleid sprake is, indien de begrotingscapaciteit voor de toekomst niet uit het oog wordt verloren, doch het is bepaald onjuist, daarbij niet eveneens de rea liteit in aanmerking te nemen, dat ieder jaar opnieuw de toegevoegde investeringen niet de volle lasten en vaak zelfs geen lasten veroorzaken. Zoals wij hebben betoogd is het ge volg van een beoordeling van de be groting zoals thans gebeurt, dat jaar lijks een sluimerende capaciteit aan wezig is, welke eerst tot uitdrukking komt, nadat de mogelijkheid om over de reëel aanwezige dekkingsmidde len te beschikken niet meer bestaat, n.l. na het sluiten van het dienstjaar. Tijdens de behandeling van de be groting 1968 in uw vergadering van 31

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1968 | | pagina 76