aantekening te hebben tegenge stemd. 7 VOORSTEL tot vaststelling van die vergoedingen ingevolge arti kel 101 bis der L.O.-wet over het jaar 1967. Artikel 101 bis der Lager-Oderwijs- wet 1920 regelt de vergoedingen terzake het vakonderwijs aan scho len voor gewoon, voortgezet gewoon en uitgebreid lager onderwijs. Het vierde lid van voornoemd arti kel houdt in, dat aan de besturen der in de gemeente gevestigde bij zondere scholen moeten worden ver goed die beloningen, die deze school besturen hebben uitbetaald aan de aan hun school verbonden vakonder wijzers. Alleen indien de gemeenteraad van oordeel zou zijn, dat de kosten zon der noodzaak zouden zijn gemaakt, kan de aanvrage van deze vergoe ding bij een met redenen omkleed besluit worden afgewezen. Bij uw besluit van 28 februari 1967 werden voor 1967 voorschotten be schikbaar gesteld ten behoieve van de navolgende schoolbesturen: 1 Stichting St Gummarusscholen, als Bestuur van de School voor Uitgebreid Lager Onderwijs, W. Dam 3, Steenbergen; 2 Neutraal Bijzondere School van het Ned. Herv. Weeshuis, als Be stuur van de Ulo-school, Grote Kerkstraat 27, Steenbergen; 3 Gesticht van Opvoeding en On derwijs te Dongen, als bestuur der r.k. meisjesschool te Welberg; 4 Stichting St Gummarusscholen, als Bestuur van de r.k. meisjesschool, Middenwal 1, Steenbergen; en bij besluit van 21 juni 1967 aan: 5 de Stichting Kruislands' Scholen, voor de lagere school te Kruis land; 6 het Kerkbestuur van de OLVrouw ten Hemelopneming te De Heen. Thans hebben voormelde schoolbe sturen ingevolge het 6e lid van ar tikel 101 bis een aanvrage ingediend

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1968 | | pagina 143