Het komt meer en meer voor dat
aanmerkingen op die notulen worden
gemaakt. Ik ben van mening, dat
een raadslid gelijk heeft en ook het
recht heeft aanmerkingen te maken
wanneer iets anders is gezegd. Het
wordt echter anders wanneer men
de notulen gaat toelichten niet met
datgene wat gezegd is, maar wat ach
teraf is bedoeld. In het begin kon ik
dat, zolang men nog niet met de
gang van zaken bekend was, billijken.
Thans heb ik er bezwaar tegen. Het
gaat hier alleen over de juistheid van
de notulen.
VOORZ. Ik ben met mijn beant
woording van de volgorde afgewe
ken; de vraag van dhr L. Delhez
over dit punt behoorde eerder bij de
rondvraag thuis.
Dhr t. DELHEZ. Mijn woorden ko
men in de notulen niet geheel tot
uiting. Zoals het er nu staat, zouden
alleen jongelui miet de bromfiets die
ongelukjes maken. Mijn woorden
worden nog meer vertroebeld door-
het gezegde van dhr Van Geel dat
daarop volgt.
VOORZ. Ik stel voor om in de no
tulen te schrappen de woorden: „in
hoofdzaak met bromfietsen."
De notulen van de raadsvergadering
van 2 april 1968 en die van 3 mei
1968 worden hierna onder dankzeg
ging voor de samenstelling vastge
steld.
3 INGEKOMEN STUKKEN
Toezending d.d. 8 mei 1968 door
Gedeputeerde Staten van de Ver
goedingsregeling raads- en commis
sieleden.
Toezending d.d. 22 mei 1968 van
Gedeputeerde Staten van leen twee
tal ontwerp-besluiten, inzake sala
riëring van de burgemeesters, de
sekretarissen en ontvangers per 1
miei 1968.
Medeling d.d. 29 mei 1968 van bur
gemeester en wethouders, dat beslo
ten is tot verkoop van 53 ca. van per
ceel sektie K nr 2393 voor 17,
per ca. aan de NV PNEM te s Her-
1
