middeld aantal lokalen en kleu
ters genomen over het vooraf
gaande jaar, in dit geval 1960.
Van het Rijk kan een vrijwel
gelijk bedrag worden verwacht,
als wij u voorstellen als voor
schot beschikbaar te stellen.
Mede om de Besturen der kleu
terscholen spoedig in het bezit
te stellen van de benodigde gel
den stellen wij u voor overeen
komstig het hierbijgaand ont-
werp-besluit, de voorschotten
voor het jaar 1961 te bepalen.
Zonder discussie en z.h.s.
wordt dit voorstel aangenomen.
14 VOORSTEL tot het toeken
nen van voorschotten inge
volge artikel 103, der lager-
onderwijswet 1920 voor het
jaar 1961.
VOORZ. Ingevolge het zesde
lid van artikel 103 der lager-on-
derwijswet 1920 verleent de ge
meenteraad elk jaar op verzoek
van de schoolbesturen en onder
voldoende borgstelling, een
voorschot op de kosten dier
scholen, met uitzondering van
de jaarwedden en wedden der
onderwijzers.
Het voorschot beloopt per
leerling het bedrag zoals door
uwe Raad in de vergadering van
15 september 1960 is vastgesteld
n.l. f 42,50 voor glo, f 65,voor
vglo en f 65 voor ulo en wordt
berekend over het aantal leer
lingen van het afgelopen jaar,
in dit geval het jaar 1960.
Wij stellen u voor de voor
schotten ingevolge artikel 103
der lager-onderwijswet 1920
voor het jaar 1961 vast te stel
len conform het ter inzage lig
gende concept-besluit.
Zonder discussie en z.h.s.
wordt met dit voorstel akkoord
gegaan.
19