- maakt aan de heffing van riool belasting of baatbelasting, naar tarieven van 10% en 5% van de belastbare opbrengst der ge bouwde respectievelijk der on gebouwde eigendommen. b. Indien en voor zover het te kort aan algemene dekkings middelen mede veroorzaakt wordt door de lasten wegens aanleg en exploitatie van riole ringen en/of zuiveringsinstalla ties, de heffing van rioolrechten tot gemiddeld f 25,per aan- sluitbaar perceel, vermeerderd met evenredige bijdragen van fabrieken of inrichtingen, welke tot de zogenaamde grote ver vuilers behoren. c. In de gemeente waar een goed geoutilleerde vuilophaal dienst bestaat, de heffing van reinigingsrechtsen met een op brengst van f 2,per inwoner, die van de dienst gebruik maakt met inbegrip van vergoedingen voor het gebruik van vuilinsem- mers. d. Voor de andere inkomsten heffingen de tot dusver gebrui kelijke normen. Ook de gemeente Steenbergen heeft een verzoek tot subjectie ve verhoging over de jaren 1959 en 1960 ingediend. Blijkens bo venvermelde circulaire zal bij de beoordeling van het verzoek om verhoging voor het jaar 1960 worden uitgegaan van de ver hoogde tarieven en daarom zul len de huidige tarieven van de straat- en rioolbelasting, als mede van de reinigingsrechten verhoogd moeten worden. De onderwerpelijke verhogingen zullen afzonderlijk worden toe gelicht. In verband met de noodzakelij kerwijs aan te brengen wijzigin gen in de geldende tarieven, wordt er op gewezen, dat in de toekomst, nog meer dan voor heen, gelet zal moeten worden 17. J <:«i I

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1960 | | pagina 345