gere belastbare opbrengst en het feit, dat uitgegaan is van afkoop per 1 jan. 1961 in plaats van per 1 januari 1960. Wat betreft het aanvullende verzoek om alsnog een extra te gemoetkoming te verlenen van f 2500,zijn wij bij nadere be studering dezer aangelegenheid tot de conclusie gekomen, dat een tegemoetkoming in de kos ten te billijken is, nu inderdaad de huidige eigenaar niets te ma ken heeft met het feit, dat voor heen toen aansluiting op kosten van de gemeente nog mogelijk was - de kabellegging verhin derd werd. Ware toen wel tot aansluiting overgegaan, dan zou 25% der kosten ten laste van de gemeen te genomen zijn, terwijl de ove rige 75% middels de Electrici- teitsbelasting op de eigenaar zou zijn verhaald. Toegepast op de thans bekend zijnde cijfers betekent dit, dat van het in 1954 geldende kos- tencijfer ad f 11.146,1/4 of f 2786,50 door de gemeente zou zijn gedragen en de rest, mid dels de baatbelasting, door de eigenaar. Aangezien nu f 2500,wordt gevraagd is dit minder dan wat toen ten laste van de gemeente zou zijn gekomen, terwijl de eigenaar méér dan 75% der kos ten betaalt, zodat er, redelijker wijs gesproken, ook geen plaats is voor heffing ener baatbelas ting. Vandaar dat ook het ver lenen ener bijdrage teneinde af koop der Electriciteitsbelasting mogelijk te maken, in dit stelsel op zijn plaats is. Omdat over de jaren 1955 tQt en met 1960 Electriciteitsbelas ting van genoemde panden is c. q. wordt geheven en wel tot een totaalbedrag van f 1105,12, is uiteindelijk de gemeentelijke last, veroorzaakt door de aan- 12

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1960 | | pagina 260