pend. Als een verbouwer er niet
aan voldoet, wat gebeurt er dan.
VOORZ. Hierin voorziet ar
tikel 3 van de verordening. De
belanghebbende kan dan op kos
ten van de nalatige voorzienin
gen treffen.
Dhr GILDEN. De regeling
van de aardappelmoeheid werkt
ook niet zo fraai.
VOORZ. Dit is een landelijke
regeling.
Dhr HOENDERVANGERS.
Waar ligt de grens en hoe den
ken de aangrenzende gemeen
ten er over.
VOORZ. Hier hebben wij geen
medezeggenschap over.
Dhr HOENDERVANGERS.
Wat is de reden, dat het Land-
oouwschap zelf geen maatrege
len neemt.
VOORZ. Dit doet zulks niet
en daarom voelen wij ons ge
roepen deze belangen te behar
tigen.
Dhr HOENDERVANGERS.
Burgemeester en wethouders
kunnen ontheffing verlenen.
Hebt u praktische voorbeelden.
Slaat dit b.v. op zelf verbouwen
de arbeiders.
VOORZ. Ontheffing wordt in
overleg met de N.A.K. geregeld
en zou dit misschien voor de
kleinteltrs kunnen gelden.
Dhr KOENRAADT. Deze re
geling is goed bekeken en voor
zichtigheidshalve maar voor 2
jaar vastgesteld.De verordening
is buitengewoon belangrijk voor
de telers. Deze zullen wel be
reid zijn de arbeiders pootgoed
te geven. Mochten er moeilijk-
boelen ontstaan, dan zullen deze
in overleg met de landbouwor
ganisaties en de N.A.K. worden
opgelost.
Dhr VOGELAAR. Ook de
kleine boeren hebben geen hoge
kosten, aangezien zij slechts
eenmaal N.A.K.-pootgoed moe
ten aanschaffen en dan zelf voor
