voorstel van B W aangeno
men.
VOORZ. Ik wens het bestuur
van de Levensschool alle goeds
toe bij zijn nobel streven.
18 VOORSTEL tot vaststelling
van de vijfjaarlijkse ver
goedingsbedragen L.O weL
VOORZ.Het derde lid van ar
tikel 103 der Lager-Onderwijs-
wet 1920 bepaalt, dat zodra het
bedrag van de vergoeding en
het bedrag van de voor vergoe
ding in aanmerking komende
uitgaven over elk van de vijf
jaren onherroepelijk zijn vast
gesteld, de gemeenteraad het
totaalbedrag van deze vergoe
dingen en uitgaven moet bepa
len. Ingevolge het vierde lid van
voormeld artikel 103 moet de
gemeenteraad, indien het be
drag van de vergoedingen hoger
is dan dat van de uitgaven, het
verschil vaststellen, hetwelk
door het schoolbestuur in de ge
meentekas moet worden terug
gestort.
Nu de periode 1953 tot en met
1957 ten einde is en ook het
raadsbesluit tot het vaststellen
van de vergoedingen over 1957
onherroepelijk is geworden, kan
door Uwe Raad over voormelde
5-j aarlij kse periode worden
vastgesteld:
a. het totaal der vergoedingen;
b. het totaal der voor vergoe
ding in aanmerking komende
uitgaven.
Blijkens het aangehaalde vier
de lid van artikel 103 der Lager
Onderwijswet 1920 moet terug
storting in de gemeentekas
plaats vinden, indien het bedrag
van de vergoeding hoger is dan
het bedrag van de voor vergoe
ding in aanmerking komende
uitgaven.
Zijn de uitgaven hoger dan de
vergoedingen waarop de school
besturen aanspraak hebben ge-
32
