van burgemeester en wethou-
ders z. h. s aangenomen.
24 VOORSTEL tot intrekking
van het raadsbesluit van
16 dec. '57, waarbij werd
besloten een gratificatie
toe te kennen aan de la
gere en middelbare amb
tenaren.
VOORZ. In Uw vergadering
van 16 decerqber 1957 werd be
sloten een gratificatie toe te
kennen aan de lagere en middel
bare ambtenaren, in dienst van
onze gemeente. Deze gratifica
tie zou f 200.bedragen voor
gehuwden en f 150.- voor on-
gehuwden. Het besluit werd on
dermeer gemotiveerd door aan
te voeren, dat de bezetting van
de gemeentelijke diensten mi
niem is te noemen en dat men
vrijwel een geheel jaar zonder
hoofdcommies heeft moeten
werken in verband met diens
ziekte. Bovendien achtte Uw
Raad zich niet onomstotelijk
gebonden aan de bezoldigings-
kiassen, ingbsteld voor het
Rijkspersoneel; de mogelijkheid
en noodzaak werd aanwezig ge
acht, met plaatselijke of regio
nale omstandigheden rekening
te houden.
Laatstgenoemde verwachtin
gen blijken echter te hoog te
zijn geweest.
Bij schrijven van 28 mei 1958
G nr. 101.824 zenden de Gede
puteerde Staten van Noord-Bra
bant namelijk een afschrift van
het Koninklijk Besluit dd. 23
april 1958 nr. 18, waarbij de
Raad wordt aangemaand zijn
besluit van 16 december 1957
in te trekken. Volgens dit Ko
ninklijk Besluit verdraagt zich
een gratificatie, als in Uw be
sluit vermeld, niet met het sa
laris- en loonbeleid ten aanzien
van het overheidspersoneel en
29