Minister van Verkeer en Wa terstaat voor te leggen. Schijn baar is de overheid zich niet bewust van het grote gevaar wat hier schuilt. Ik acht het niet verantwoord te wachten tot behandeling in de Juli zit ting van de Provinciale Staten. Is het niet mogelijk dat de ge meente tot herstel overgaat en later de financiële aangelegen heid met andere instanties af werkt. De belofte van Ged. Staten bij overname van wegen met vele nadelen voor de gemeente acht ik van nul en gener waarde. Zo dit geval nog niet afgewikkeld is, ware niet tot overname over te gaan. VOORZ. Dit werk aan het wegdek bij het gemaal zal wor den uitgevoerd in het kader van de ruilverkaveling van het Westland. dhr. JACOBS. U had mij toe gezegd in deze raadszitting ter sprake te brengen de gevallen J. van Meer, K. Baaten en Nic. van Eekelen. De gemeente heeft hier aller lei maatregelen genomen, zoals uitbaggeren, aanleg straat enz. zonder de vereiste toestemming van Ged. Staten. Indien geen goedkeuring ver kregen wordt, dan zal dit de gemeente veel geld kosten. Van Meer zal een eis tot schadever goeding indienen. Voor van Eekelen en Baa ten geldt hetzelfde. Bij tijdige afdoening had v. Eekelen reeds met kermis kunnen openen. Aan Baaten is reeds 1 April 1956 schadevergoeding toege zegd. Nadien is hiervan, niets meer gehoord. Met afwikkeling moeten B. en W. toch geen jaar wachten. dhr. MARIJNISSEN. Door de heer Jacobs is terecht gevraagd of de vereiste toestemming van Ged. Staten verkregen is, om met de werkzaamheden bij van 43

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1957 | | pagina 72