commissie nuttig werk zal kun
nen verrichten.
22 VERZOEK van. de geza
menlijke bakkers tot invoe
ring van een verplichte va
kantieregeling.
27
VOORZ. Door de Steenbergse bak
kersvereniging is ons onder dag
tekening 10 februari 1957 gevraagd
een vakantieregeling vast te stel
len voor de in deze gemeente ge
vestigde bakkers, zulks op grond
van artikel 5 van de winkelsluitings
wet 1951.
Omdat het betreffende verzoek
formeel niet geheel juist was heb
ben wij adressanten verzocht het
verzoek te wijzigen, waarop ons op
18 maart 1957 een nieuw verzoek
bereikte.
Dit verzoek legden wij ter voldoe
ning aan het bepaalde in artikel 14
van genoemde wet om advies voor
aan de Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Westelijk Noord-
Brabant te Breda. Deze Kamer be
richt ons thans,, dat uit een inge
stelde enquête bij de bakkers in de
ze gemeente is gebleken, dat acht
bakkers bezwaren hebben tegen de
voorgestelde regeling, om op de na
volgende gronden..
1 Verscheidene bakkers waren niet
bij het voor-overleg betrokken.
2 Enkele bakkers hebben voorna
melijk bezorg-routes en vrezen hun
klanten door een vacantie-regeling
te verliezen.
3 Een enkele bakker had zijn va
kantie reeds op andere wijze gere
geld.
De Kamer acht het aantal bak
kers dat bezwaren heeft te groot in
vergelijking met het aantal, dat van
geen bezwaar heeft doen blijken
om een gunstig advies op de voor
gestelde regeling te kunnen uit
brengen. Eveneens acht de Kamer
de aard van de voorgebrachte be
zwaren redelijk.
Hoewel het ons spijt, dat in de