ste best doen om een deficit te voorkomen. Z h. s. wordt hierna besloten overeenkomstig 't voorstel van B. en W. 7. VOORSTEL tot wijziging van de verordening tot hef fing ener straatbelasting. VOORZ. In Uwe vergadering van 18 mei 1956 werd besloten voor de aanschaffing van een roltrommelvuilniswagen en 'n kolkenzuiger met slangen ere- dieten beschikbaar te stellen van resp. 40.000 en 16.000. Bij de 27e wijziging 1956 wer den deze credieten ter goed keuring aan Ged. Staten voor gelegd. Bij hun nota van aan merkingen d.d 18 juli 1956 G 48160 Ille afd. delen Gedepu teerde Staten ons mede, dat zij in beginsel tegen de geraamde uitgaven geen bedenkingen hebben, maar dat bij deze outil lering van de reinigingsdienst een recht geheven dient te wor den van gemiddeld 1.per inwoner, beperkt tot die gedeel ten van de gemeenten, welke van de dienst profijt hebben. Wij hebben ons beraden over de wijze, waarop dit recht zal dienen te worden ingevoerd en menen U te moeten voorstellen dit te doen door wijziging van de verordening op de heffing van een straatbelasting (vastge steld bij raadsbesluit van 23 maart 1954, goedgekeurd bij K. B. van 17 mei 1954 nr. 6 sedert dien gewijzigd). De belastbare opbrengst van de gebouwde eigendommen be draagt voor zover zij gelegen zijn binnen het gebied, waar de reinigingsdienst zijn diensten aanbiedt 142.487. Het aantal inwoners, dat van de diensten der gemeente-reini gingsdienst profiteert, kan wor den gesteld op 7000, zodat de opbrengst van de heffing, om 7

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1956 | | pagina 85