zodat betwijfeld moet worden of Gedeputeerde Staten daar aan goedkeuring zullen verle nen. Een motief tot aankoop zou alleen kunnen worden gevon den in de omstandigheid, dat het onderhavig perceel gelegen grond eigendom der gemeente is (ten gevolge van onteigening door het rijk) Perceel Sectie V 867 ligt n.l. tussen de percelen V 866 en887/888. Door aankoop van Sectie V 867 zou de gemeente de be schikking verkrijgen over een aaneengesloten stuk grond langs de Olmendreef, hetgeen nuttig kan zijn. Op grond hiervan bestaat te gen deze aankoop geen bezwaar dhr. GILDEN. Dit is met O. W. besproken. Het is nu dus de bedoeling de grond over te ne men. Betrokkene moest duurdere grond kopen, maar in de prijs is een vergoeding verdiscon- dhr. MARIJNISSEN. Dit heft de onbillijkheid nog niet op. De grond is voor ƒ1.per c.a. minder verkocht. Nu wil men 430 c.a. kopen voor 0.60. Het verschil is daarmede niet goed gemaakt. Het is allemaal heel mooi uitgekiend, maar feit is dat van Tilburg slachtoffer blijft. De gemeente moge dan, zoals beweerd wordt, niets met de onteigening te maken heb ben, met de verkoopsprijs is daarmede wel rekening gehou den. Ingeval van onteigening zou dus de grond vèr beneden de prijs zijn verkocht. Men kan nu makkelijk zeggen dat het aan eigen toedoen was te wijten, maar dat was toen niet te over zien. Ieder probeerde een dak boven het hoofd te krijgen het initiatief daartoe moet op prijs worden gesteld. Al met al blijft het een schadepost voor een in gezetene, die te wijten is aan 30

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1956 | | pagina 108