conform het voorstel van B. en W. 5 VERZOEK L. P. Vrolijk om verdere verlaging van verma- kelij ksheids' idas hing. VOORZ. Naar aanleiding van het verzoek van L. Vrolijk om ver dere verlaging van de vermake lijkheidsbelasting voor bioscoop voorstellingen (van 25 <t'0 tot 20 20 o/o) merken w ij hei volgende op. De vermakelijkheidsbelasting voor bioscoopvoorstellingen bedroeg: a. voor de gewone voorstellingen 35 o/o b. voor voorstellingen die een cul tureel of opvoedend karakter dra gen 20 c. voor voorstellingen uitsluitend betrekking hebbend op wetenschap nijverheid, landbouw en handel: nihil. In 1951 verzocht dhr. Vrolijk verlaging van het onder a bedoel de percentage tot 20 °/o met toe zegging, dat bij belasting verla ging de toegangsprijzen eveneens zouden worden verlaagd. De financiële commissie met ons van oordeel zijnde dat de be drijfsresultaten aanleiding gaven tot belastingverlaging en ander zijds, dat de exploitatiekosten bij toneelvoorstellingen (belast met 20 •>/o) hoger zijn dan bij filmvoor stellingen waardoor geen vrij heid werd gevonden het belasting percentage voor deze laatste cate gorie op 20 o/o te brengen adviseerde het percentage te be palen op 25 o/o Daartoe werd door uw raad op 28 Januari 1952 besloten. Met betrekking lot het thans gedane verzoek oin verdere belas iingverlaging rapporteert de fi nanciële commissi'e, dal zolang de exploitant zijn toezegging tot ver lagiug der entree-prijzen niet s nagekomen, zij dit verzoek niet in behandeling wenst te nemen. De heer Vrolijk decide bij schrij ven van 23 Januari 1951 o.m. het volgende mede: 15

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1954 | | pagina 17