tevens werd bedongen, dat door
Aarden een gedeelte van die ham
toebehorende grond zou worden
verkocht aan de lneer L. v. Oeve-
len. Bij Uw besluit is uitgegaan
van de veronderstelling, dat de
gronden zouden worden overge
dragen zoals zij er thans liggen.
Bouwrijpmaken zou dus moetien
geschieden door Aarden zelf, waar
tegenover hem slechts de prijs
werd gerekend, die door de ge
meente bij aankoop werd betaald.
Door de Minister van Wederi-
opbouw en Volkshuisvesting wordt
er ons op geattendeerd, dat deze
gang van zaken niet juist is, aan
gezien de onderhavige hoekv-er-
be tering deel uitmaakt van hiet
vastgestelde en goedgekeurde wö-
deropbouwplan. Dit houdt in, dat
Aarden bouwrijp© grond dient te
worden geleverd, daar iiij ini-
dien bedoelde hoekverbetering
niet opgenomen zou zijn In het
wederopbouwplan hij zelf ook
over bouwrijpe grond zou kunnen
beschikken nl. de ondergrond van
het verwoeste pand- Nu een ge
deelte daarvan door de gemeente
wordt gebruikt voor hoekafsnij-
ding, kan hij niet herbouwen, ten
zij hij andere grond erbij krijgt.
En deze grond nu dient bouwrijp
te zijn.
Als gevolg van het vorenstaande
is het noodzakelijk het aanvanke
lijk genomen raadsbesluit in te
trekken en dit te verhangen door
een nieuw besluit, waarbij reke
ning is gehouden met het voren
staande.
De procedure wordt thans zo,
dal door de gemeente het gehqe
terrein bouwrijp moet worden ge
maakt. Verder moet voor de
grondkering een stutmuur worden
gebouwd. Voor de grond, welke
Aarden krijgt in ruil voor de af
genomen grond moet hij eenzelfde
prijs betalen als welke die gem,ri
te hem betaalt voor -de grond
benodigd voor de hoek verbetering
t.wi. f 8 per meter. Indien de kos
ten van aankoop van de grond
27