11<f
maar men verwacht toch dat de
belangen in goede handen zijn en
op een beleefde vraag een dito
antwoord.
Ik kom nog even terug op uw
gezegde aangaande de schorsing.
Wanneer we ons op hachelijk tier
rein gaan begeven en Steenbergen
zou Tn het zonnetje worden ge
zet, dan ben ik verplicht mijn
slem terug te pemen, hoewel ik
het beleid betreur en de wethou
ders tegen onze zin aanblijven.
Ik wil het dan liever aan de
volgende verkiezingen overlaten.
Dhr. JACOBS. Ik zal niet punt
voor punt de beschuldigingen na
gaan. Maar de verdediging van
dhr. Delhez lijkt nergens op.
1. Dat de gemeente op het on
derhands aanbesteden van de rio
lering f 3939 zou verdiend 'heb
ben, hel is aan dhr. Delhez dat
waar te maken, daar er geen in—
scchrijvingen zijn geweest.
2. Van het verkopen van de
oude steen zou de gemeente geen
schade hebben. Maar mijnheer Del
hez als een gebouw is afgebroken
en alles opgeruimd is, hoe kan
de Directeur van Openbare wer
ken dan nog nagaan of de ge
meente geen schade daarvan heeft
geleden. Volgens mij lijkt die ver
dediging nergens op.
3. Omtrent het werken van ge
meente werklieden bij ambtenaren
verklaarde de heer Delhez op 11
Juni dat van de Kasteel zulks in
zijn vrije tijd had gedaan en op
10 Juli verklaart hij dat de Direc
teur Openbare Werken opdracht
heeft gekregen die dag van zijn
verlof °af te trekken. Maar waar
blijft dan voorts zijn helper D.
de Ron en de voerman de Rooy,
mijnheer Delhez? Ik ben altijd nog
van mening dat de heer van
Voorst tot Voorst dat moet be
talen, anders zal het de gemeente
gejd kosten en dat mag niet.
4. Van het kopen van de gas
fabriek zegt dhr. Delhez dat
dat zo belachelijk mogelijk is. Nu
mijnheer Delhez, daar ben ik het
8