zér tot het opvoeren van het peil van het onderwijs. Ik stel het op prijs dat B. en W. 'hiertoe 't initiatief hebben genomen en ik hoop dat het de vruchten zal afwerpen die er van verwacht worden. dhr. SWAGEMAKERS. Ik vind de bedragen buitengewoon boog De vaststelling is weliswaar ge schied in overeenstemming met 'bet advies van de Inspecteur maar dit advies is mi. maar betrekke lijk. In 1945 gaven we ruim f 11.000 uit. In 1946 iwas er een ad vlies van de hoofdinspecteur om de bedragen te brengen op f 12,-13 voor l'.o. en f 19.96 voor u.l.o Die inspecteur had de noodzakelijke behoeften goied nagegaan, maar keek er anders tegen (aan. Er kwam bij ongev. f 7000 voor art. 101- Gezien die t e (zware las t voy r de gemeente vond 'hij een verho ging van ruim f 3000 voldoende. Toen werden 2 arbeiders wet houder en d'ie wisten het blijkbaar beter dan Hoofdinspecteur Giielen. Het volle bedrag werd toegekend De Voorzitter van de raad was bet met mij eens omtrent de door de inspecteur aanbevolen beper king. Ik sta er. daarom wan te zien dat de voorzitter nu met deze hoge 'bedragen aceoord gaat. In 1949 werd voor l.o. en u.l.o. resp f 19 en f 32 gegeven. De totale kosten die in 1948 stegen tot f 18.000 beliepen f 30.000. Deze zou den hu rond f 47.000 belopen. Mc sta er te meer van verbaasd om dat, hu de in 1948 uitgegeven vergoedingsbedragen betrekkelijk gering waren, de dorpschalen slechts f 3.per 'leerling te kort kwamen; voor. de scholen 'in de stad 'bedroeg dit ongev- f 12 per leerling. Waarom zijn de 'buiten scholen zoveel goedkoper tegen over die i n de stad Wat de be sturen met het geld moeten doen begrijp ik niet. De uitgaven wor den nu verdubbeld. Ik 'begrijp niet waarom men zo, royaal is. Aïs de schoolbesturen bjj de uitvoering x 14

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1949 | | pagina 96