/4r
ingegeven Wil ik op een m.i. on
gunstige factor wijzen. Ik denk in
dit verband aan den toestand in
het landbouwbedrijf. Ia den land
bouw is een aanzienlijk te kort
aan werkkrachten. Tijdens den
oogsttijd hebben we duure oogst-
colonnes gehad. Voorts hebben we
een gevestigde industrie bijv. de
vlasfabriek waar ook een nijpend
te kort aan personeel heerscht.
zoo nijpend zelfs dat de Directie
zich genoodzaakt ziet een pro
ductie beperking op het program
te zetten. In dit licht bezien rijst
de vraag of het nu de goede ge
legenheid is om vestiging van
nieuwe industrie te bevorderen.
VOORZ. U trekt in twijfel of er
een overschot is aan arbeidskrach
ten, welk overschot dan zou kun
nen afvloeien naar nieuwe in
dustrie. We hebben niet getracht
hier industrie te krijgen, nimport
welke. In overleg met het arbeids
bureau hebben we ons in verbin
ding gesteld met bet technisch
Instituut om ons te doen voor
lichten omtrent vestiging van die
industrie die voor 100 pet. econo
misch verantwoord 'is. Indien zulks
niet het geval zou zijn, zou elke
poging energie en materiaal ver
spilling be teekenen terwijl daar
ook nimmer de vereiselite toe
stemming voor zou worden ver
leend. Van het technisch 'instituut
ontvingen wij een gunstig advies,
niet voor iedere industrie, maar
alleen voor industrie waarin vrij
wel uitsluitend door meisjes wordt
gewerkt niet name de H. K. I.
Deze industrie, die ik persoon
lijk van 'harte toejuich, onttrekt
geen mannelijke werkkrachten aan
de arbeidsmarkt, streeft er mede
naar de meisjes op hooger plan
te brengen en een betere sociale
verzorging ten gunste van de vrou
welijke bevolking tot stand te
brengen en is voor de volle 100
pet. verantwoord.
dhr. v. NIEUWENHUIJZEN,
Over Uwe toelichting ben ik te
vreden. Ik kan me met het stand-
10