21 APR. 1939
dat ik bij de aanbieding van dit geschenk
niemand onaangenaam heb willen zijn.
Ik zou ik dit verband nog willen wijzen
op de radio-rede van de Koningin inzake
de geestelijke en moreele herbewapening
en ik zou willen zeggen Dit kruis moge
zijn een symbool voor allen die in Christe
lijke liefde en rechtvaardigheid willen sa
menwerken in het belang der gemeenschap.
dhr. van NIEUWENHU IJZEN. De heer
Moors heeft gezegd „De Protestanten be
lijden denzelfden Christus als de katho
lieken.' Ik ben dat volkomen met hern
eens en ik geloof dat wij in waardeering
voor Christus-werken hier op aarde en
voor zijn Leer, niet voor de Roomschen
onderdoen. Het is hier echter een zuiver
principieele kwestie.
Het gaat niet zoozeer om het Christus
beeld dan wel om het kruisbeeld. Betrof
het alleen een Christusbeeld, dan zouden
wij ons daarmee kunnen vereenigen. Doch
wij Protestanten hebben als we in een
zaal komen waarin zich een kruisbeeld
bevindt altijd de idéé dat we zijn in een
specifiek Roomsche omgeving. Ik weet dat
in verschillende Protestantsche kerken
de I.uthersche richting het kruisbeeld
niet wordt geweerd. Nogmaals wij hebben
geen bezwaar tegen het Christus-beeld,
maar wel tegen het kruisbeeld.
dhr. van den BERGH herinnert er aan
dat Henri de Oreeve propageert „Het kruis
beeld terug in de vergaderzaal" hetgeen
in verschillende omstandigheden reeds is
gebeurd.
Verder wijst spreker op de gevolgen
der verwijdering van Christus uit het open
bare leven.
dhr. KOSTERMANS adviseert den voor-
-zitter om zich nog eens met adressants
in verbinding te stellen en verwacht dat
deze dan hun bezwaren zullen intrekken.
VOORZ. zal eerst in stemming brengen
het verzoek van de Kerkeraden en wel de
clausule waarbij adressanten den Burge
meester in overweging geven zijn geschenk
terug te nemen.
Met 11 tegen 1 stem besluit de Raad
op dit verzoek afwijzend te beschikken
Voor stemde de lieer van Nieuwenhuijzen
Tegen stemden de heeren Herbers, van
den Kieboom, Delhez, Kostermans, Huijs-
