20
27 MAART 1939
de verbetering van de Vesten wordt
aangedrongen, en waarin aan den
Raad wordt verzocht ter zake de
noodige aandrang op B. en W. uit te
oefenen.
VOORZITTER. Ik kan den Raad mede-
deelen dat de bewering dat B. en W. de
uitvoering van dit werk nog eenigen tijd
zouden willen ophouden niet overeenkom
stig de waarheid is. We kunnen met de
uitvoering van het werk geen aanvang
maken omdat we niet de beschikking heb
ben ower f 8000,voor materialenkosten.
B. en W. hebben geen aandrang van den
Raad noodig. We hebben reeds getracht
dit geld te bekomen bij het Werkfonds,
doch zijn daarin niet mogen slagen. Wc
zijn verder met het Werkfonds in onder
handeling om geld te krijgen voor de
verbetering van den Groenendijk en de
Dorpsweg te de Heen. Zoodra we hierin
slagen zullen we direct met de uitvoering
beginnen. Het zelfde is het geval met de
lesten.
dhr. DELHEZ. Ik weet van deze zaak
ook wel het een en ander. Ik vermoed dat
het Werkfonds wel bereid zal zijn om
geld te geven voor de verbetering van
Groenendijk en Dorpsweg, maar of dit
ook met de Vesten het geval zal zijn,
daarachter wil ik nog even een vraag-
teeken plaatsen. Het werkfonds subsi
dieert wel productieve werken, doch dat
is met de vesten niet het geval.
VOORZI TTER. Ik hoop niet dat U ge
lijk krijgt.
dhr. DELHEZ. Ik zelf ook niet, doch
ik vrees dat het Werkfonds niet bereid
zal zijn om te subsidieeren en dan blijft
de uitvoering van het werk maar hangen,
terwijl U met de onderhandelingen met
het Werkfonds voor dit geval toch niets
opschiet. Wij weten heel goed dat wij
wanneer we werken willen uitvoeren, zelf
de materiaalkosten hebben te dragen.
VOORZITTER. Ik ben niet zoo pessi
mistisch.
dhr. DELHEZ. Ik vrees dat U niet zult
slagen. Nu ik toch over de werkverschaf
fing spreek zou ik er tegelijkertijd bij
B. en W. op aan willen dringen 0111 te, be
vorderen dat van Steenbergen wat meer
mensehen in de centrale werkverschaffin
gen worden geplaatst. Door Halsteren
3