13 1 9 DEC. 1939 Het ging by my niet tegen de: menschen van dat Comité, doch. het is de algemeene lyn die ik nastreef. Subsidie uit de gemeentekas goed, maar dan moeten we ook wete,n hoe de .gelden besteed worden. Ik wil dat de gemeente, het recht heeft, de boeken en bescheiden van de Bouwver eeniging te zien. VOORZ. Er is niemand die U dat recht betwist, doch de Bouwvereeniging wil er iemand bijzetten, die inlichtingen geeft om verkeerde conclusies en daaruit voort vloeiende onaangenaamheden te voorko men. Ik vind dat een zeep logisch stand punt. Men voorkomt daardoor misverstan den. We kunnen trachten onze eigen rech ten te doen gelden, doch we moeten ook de rechten van anderen ontzien. We kun nen de Bouwvereeniging niet beletten, dat ze er iemand bijzet. Ze heeft daartoe het recht. dhr. HERBERS. Dat ben ik niet met U eens, Als er aanmerkingen zyn, kunnen inlichtingen worden gevraagd. Ze behoe ven er niet zelf bij te; zitten. VOORZ. U is begonnen met wantrou wen te uiten en nu wordt U beantwoord met wantrouwen, Zoowel de heer Sw|a- gemakers als ik kunnen de boeken altyd ter inzage krijgen,mijnheer Herbers niet. dhr. HERBERS. Dan concludeer ik dat alles zit bij het vorige iDagelyksch Bestuur. De Raad weet dat ik steeds ge tracht heb de achterstand van de Bouw vereeniging te wieten te komen. Aanvanke lijk was er geen achterstand, zoo iwerd er gezegd. Later in eiens f25000. Waar kwam dat zoo plotseling. vandlaan Neen, als er wantrouwen is, dan hebben ze d&t zelf uitgelokt. dhr. SWAGEMAKERS. Het is voor den heer Herbers, dlie zoo lang de Bouw vereeniging becritise.crd heeft, een desil lusie, dat hij als Wethouder de boeken der Bouwvereeniging niet mag inzien. Ik veronderstel trouwens de. Bouwvereeni ging wettelijk niet verplicht is de. boeken en bescheiden ter inzage te geven. Eigen lijk zou men moeten zeggqn 31 „Geld yan

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1939 | | pagina 135