2 7. APR. iP3R -?
2. Beroepschrift d.d. 15 Maart 1938
van J. Linders, Kruisland D 253, inzake
toepassing der Bouwverordening (Stukken
17—17 a.)
VOORZ. Zooals de leden uit de stuk
ken hebben gezien is Linders in de ge
legenheid gesteld ten overstaan van B.
en W. zijn beroep mondeling toe te lich
ten. Hierbij had Linders aan zijn be
roepschrift niets toe te voegen. B. en W.
zijn van ineening dat het besluit waarbij
een voorwaardelijke bouwvergunning is
verleend, gehandhaafd moet blijven.
dhr. van den BERGH. Ik meen dat de
voorwaarde dat Linders zijn erf door een
poort moet afsluiten zeer bezwaarlijk is,
vooral met 't oog op het feit dat deze
in de naaste toekomst aldaar een werk
plaats wil inrichten. Op 't oogenblik
wordt Linders voor groote kosten gesteld
en in de toekomst heeft hij geen voldoende
ruimte om met landbouwwerktuigen de
poort te passeeren voor het bereiken van
zijn werkplaats. We moeten verder ook
de financieele positie van betrokkene in
aanmerking nemen; deze moet hard wer
ken om zijn brood te verdienen, en we
moeten hem dus niet gaan bemoeilijken.
We moeten oog hebben voor de werke
lijkheid; we moeten praktisch zijn en zoo
iemand geen overlast aandoen. Linders
moet gelegenheid gegeven worden om zijn
eigendom zooveel mogelyk productief te
maken. Ik stel daarom voor om met een
hek-afsluiting te volstaan, en wel zoo
dat belanghebbende niet in zijn bedrijf
belemmerd wordt.
dhr. SWAGEMAKERS. Ik kan me niet
vereenigen met het gesprokene door dhr.
van den Bèrgh. Linders is boven zijn
stand te werk gegaan; zoo'n huisje is
daar niet op zijn plaats. De gemeente-
Architect is Linders nog eenigszins tege
moet gekomen, door het voorschrijven
van een poort, 't Is jammer dat dit huis
daar gebouwd is, want het ontsiert het
heele dorp. Wanneer men op een bepaal
den stand wil bouwen, moet men ook
voldoen aan de eischen van welstand
die gesteld worden, om te voorkomen dat
het geheele dorpsbeeld zal worden ont
sierd.
De Gemeente-Architect stelt als mini-
mum-eisch een poort. Linders zegt dat
2