j .,14 DEC. 1938
J 11
van den minister hebben om met andere
objecten te beginnen kon hiermede alvast
een aanvang worden gemaakt. Ik hoop
dat 'B. en W. hun best zullen) djoen onn
met het oog op de groote werkloosheid'
zooveel miogelijk menschen aan het wjerk
te stellen.
VOORZ. We zullen ons best doen om
zooveel mogelijlk menschen aan het wierk
te zetten.
dhr. SWAGEMAKERS. De gemeen
telijke werkverschaffing zou misschien al
gauw' een aanvang kunnen nemen.
dhr. MOORS. De Commissie voor de
werkverruiming zal spoedig bijeen ko
men,, en dan kunnen deze zaken ook on
der het oog wjorden gezien; ook de ver
betering van de Vesten.
dhr. HERBERS. Het is mij1 ook opge
vallen dat verschillende mienfschen uitge
sloten zijn van/ kostwinnerschap. Mijnheer
Delhez heeft daarin gelijk. Het is ge-
wienscht dat deze zaak spoedig wordt af
gehandeld w(ant de menschen zijn daar
van de dupe.
dhr. VAN NIEUWENIIUIJZEN. Op de
begrooting voor 1939 komt nog geen post
voor, voor den Schoolartsendienst. In
welk stadium zjjin we daarmede gekomen?
VOORZ. Het wiachten is op het gemeen
tebestuur van Roosendaal dat tczijmertijd
voorstellen zal doen, nfa eerst de zaak te
hebben uitgewerkt.
dhr. van den BERGH. Wordt bij de af
gifte van bewjylzen van/ kostwinnerschap
misschien ook rekening gehouden met be
zit
VOORZ. Wij stellen ons de vraag „Is
de persoon voor wfien een/ bewijs van kost
winnerschap wordt gevraagd, inderdaad
ook als kostwinner te beschouwen".
We hebben een geval gehad waarin de
betrokken persoon maar wieinag verdiend
had en de rest van het gezin daar 'bo
ven uit ging. 'Betrokkene w(as dus geen
kostwinner. Elk geval moet op zich zelf
beoordeeld wtorden en dikwijls is het zeer
moeilijk.
dhr. van den BERGH. Wordt b.v. ook
gelet op het bezit van een spaarbanjn
boekje.
VOORZ. Ja zeker.
dhr. van den BERGH. De gegevene die
ik zelf van het R.K. Werkliedenverbond
10