2 3 MOV, 1938 33 die tevens Voorzitter der R.K. Bouwver- eeniging was, had' een combinatie ge vormd met een Vrijzinnig Raadslid, plu's een lid' die aan de zijde dqr S.D.A.P. stond', om met enkele volgelingen de Wethouderszetels, te be,machtigen. Mijn weigering daaraan deel te nemen heeft in de toekomst mij veel leedwezen veroorzaakt, doordat men mijn goedbe doelde voorstellen begon, te negeeren,, die ik deed om paal en jierk te stellen; aan het gebruik van slecht materiaal, dat voor deze Bouwvereenigimg was gebruikt. 'Toen weer eenis. aanvragen binnen kwa men om steun voor het bouwen van. wo ningen,, werd door mij' als voorwaarden gesteld', dat liet den Architect .verboden zou zijn ïnoch indirect materialen daar aan te leveren,, en d'q 'Gemeente toezicht op de naleving der voorwaarden zou hou den. Dat voorstel stuitte op hardnekkige tegenstand'.! dat voorstel moest in ieder geval worden genegeerd, alle onmogelijke verdachtmakingen werden binnenkamers op mij geworpen, mijn bonding bij de Wethoudersverkiezing zou men mij be taald zetten en het bedroevendste voor mij was M. de V. dat de Wethouder, die liet behoud van zjfn zetel aan mij 'te danken had, zich aansloot bij 'mijn groot sle tegenstanders, liet gevolg was rumoe rige vergaderingen, persoonlijke aanval len, liet Gemeentebelang werd op de achtergrond gesteld. Op 3 Januari 1921 gaf ik mijn zaak gratis over aan iemand van myn eer lijk personeel, plu's wat inaterialenvoor- raad om op gang te komen. Nu zouden de liecren hun kans eens waarnemen, wat toen geschiede moet als een eeuwigdu rend brandmierk worden beschouwd voor allen die daaraan hebben medegewerkt. Van dergelijke menschen zou niemand zoo iets durven verwachten. 13 Januari gaf men die man een Geineentewerkja, en 17 Januari liet men hem een lijst teekenen dat, het gebruikte materiaal daaraan, afkomstig van my was, en 24 Januari kwam op de agenda als punt 1, Voorstel tot schorsing van het raadslid Herbers wegens handelingen in strijd met Art. 24 der Gemeentewet. 3 Februari werd myn vonnis uitgespro ken met het gevolg dat de aandacht op

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1938 | | pagina 114