-4-""!. r>7 7 5
siuoCwO
3
burg, Chr. Franken en de R. K. Steen-i
bergsche bouwvereeniging hebben wij de
eer het volgende mede te deelen.
Met de conclusie van uwe commissie van
openbare werken kunnen wij ons ten volle
vereenigen. Wel is het onzg bedoeling op
de nog openliggende grond tusschen de
bestaande bebouwing en het Vlietje een,
eenigszins ruimere bebouwing te projec
teeren, bijvoorbeeld vrijstaande woningen
met een zijtuin aan weerszijden van 2 M.
dus ongeveer overeenkomstig de ter plaat
se reeds gebouwde landhuisjes. Ook de
rooilijn zooals die bij deze landhuisjes is
aangehouden zal aan de overzijde van den
weg eveneens aangehouden moeten wor
den.
Hiertegen kan ons inziens echter geen
enkel redelijk bezwaar bestaan.
Naar aanleiding van eenige ontvangen
verzoeken van dhr. Luijks, Verbeek en La
Fors om bij e.v. vaststelling van een uit
breidingsplan, de hen in eigendom be-
hoorende gronden gelegen resp. aan de af
geslechten dijk, Dinteloordsche weg en
Groene weg, hierin op te nemen als bouw
terreinen, hebben wij de eer U als volgt
te adviseeren.
Betreffende het verzoek van J. La Fors,
mogen wij U verwijzen naar het gead
viseerde in ons rapport nr. 154/5a d.d. 8
April 1937 ten aanzien van de perceelen
van de R.K. Steenbergschen bouwvereeni
ging en C. van Tilburg, zijnde het perceel
van La Fors gelegen tusschen eerstbe
doelde.
Ten aanzien van de verzoeken van
Luijks en Verbeek zijn zij van meening dat
door het opnemen van dergelijke terreinen
als daar bedoeld welke te ver van de
bebouwde kom zijn gelegen het doel
van een uitbreidingsplan wordt voorbij ge
streefd, en meenen wij dan ook dat beide
verzoeken dienen te worden afgewezen.
Streekplan Commissie Midden en West
Noord-Brabant.
's Hertogenbosch 26 Juni '37
In antwoord op Uw schrijven van 17
Juni j.l. nr. 242.2/41e hebben wij de een
U mede te deelen, dat wij ons geheel bij
het door Uwe Commissie van Openbare
Werken uitgebracht advies kunnen aan
sluiten.