p, <pp in*" 5 J
onder w orden verstaan drie gemeenten die
behooren tot dezelfde klasse van de per-
soneele belasting. Wat is nu de groote
iout De raad is zooals ik hierboven
reeds opmerkte dikwijls geneigd om te
trachten de allergoedkoopste weg in te
slaan, waartoe men natuurlijk een goed-
koope openbare schóól in een gelijksoor
tige gemeente als basis neemt.
Zoo n school kan inderdaad over een
bepaald jaar, goedkoop zijn geweest, b.v.
doordat men liet jaar tevoren nog pas
veel extra kosten heeft gemaakt, of door
dat men voornemens is zoo'n schóól het
volgend jaar eens een extra beurt te geven
Nu zou ik met het systeem van de wet
nog vrede kunnen hebben indien men
ieder jaar dezelfde gemeente en dezèlf-
de Openbare School als maatstaf moest
nemen, maar wanneer zoo'n school het
volgende jaar extra duur werkt dan wordt
weer maar een andere gemeente en één
andere school als basis genomen. Hierin
zit juist de groote onbillijkheid, ten op
zichte van het bijzonder onderwijs. Hier
aan is echter niets te doen omdat de mo
gelijkheid om onbillijkheden te begaan,
wortelt in de wet. De Raad heeft het
echter wel in zijn macht om deze onbil
lijkheden te omzeilen, en wel door reke
ning te houden met de werkelijke behoef
ten der scholen. Wij moeten ons de
vraag stellen „welk bedrag is noodig om
goed lager onderwijs te kunnen geven,
welke kosten moeten de schoolbesturen in
ieder geval maken om de noodzakelijke
leer- en hulpmiddelen aan te schaffen ten
einde het onderwijs op de hoogte van zijn
tijd te houden?" Dat wij als arbeiders
afgevaardigden voor goed lager en U.L.O.
onderwijs opkomen, zal iedereen begrijpe
lijk zijn. Voor onze kinderen is de lagere
school en voor enkelen hunner de U.L.O.
school de inrichting waar zij het onder
wijs voor h un geheele leven opdoen.
Dit onderwijs moet dus op peil worden ge
houden. Door al te groote zuinigheid
aan den dag te leggen en te profiteeren
van de onbillijkheden die de wet zelf
openstelt, krijgt men een zuinigheid die
de wijsheid bedriegt en die zich onher
roepelijk een maal moet wreken. Wanneer
we de lijst van de gemeenten waar inlich
tingen zijn ingewonnen nagaan daN
zien we dat het openbaar onderwijs ge-
19