149
2 Prn i°27
VOORZ. Ik iieb reeds medegedeeld, dat
ile raad opdracnt lieert gegeven tot het
maken van een uitbreidingsplan. Het nu te
nemen raadsbesluit is een noodwendig en
logisch gevolg van die opdracht, Deze
formaliteit vormt een onverbrekelijk onder
deel van 't plan.
Uw bezwaren voor de kleine boeren be
staan in werkelijkheid niet. liet is niet de
bedoeling en 't zal ook niet de bedoeling
zijn, dat die menschen zich in de kom
vestigen.
dhr. v. d. BERGH. Ik meen dat vroeger
reeds is besproken, dat wanneer iemand
buitenaf een stukje grond had liggen, '1
bouwen daarop niet zou worden belet. U
hebt dat toen bevestigd.
VOORZ. Ik kan me n.et alles herinneren
wat ik vroeger wel eens heb gezegd.
dhr. v. d. BERGH. Het zou m.i. toen te
ver gaan wanneer iemand, die buitenaf een
stukje grond in eigendom heeft, als hij
wil gaan bouwen, te zeer aan banden zal
wordengelegd.
De bouwverordening is streng en houdt
te veel bepalingen in.
VOORZ. Ik ben van meening, dat Je
bouwverordening reeds 10 jaar zoo streng
had moeten zijn.
Door 't uitbreidingsplan wordt 't ont
staan van mistoestanden voorkomen en dat
is beter dan genezen.
dhr. v. d. BERGH. Bij de bouwverorde
ning wordt te weinig rekening gehouden
met de mindere man. Gezien de geringe
inkomsten bij deze categorie van menschen
zijn de eischen der bouwverordening veel te
streng
VOORZ. Ik moet U opmerken, dat de
bouwverordening niet aan de orde is.
dhr. v. d. BERGH. Ook het plan stelt te
hooge eiscnen.
ohr. HERBERS. Ik ben t eens mei ut
heer Moors dat 't niet goed is dat in
t wilde weg kan worden gebouwd. Maal
wanneer men in de stad wil bouwen kan
men dat niet meer betalen.
Men heeft mij medegedeeld, dat 't thans
aan de orde zijnde raadsbesluit slecnts
een formaliteit is. Is zulks niet 't geval en
zouden wij daardoor aan banden worden
gelegd, dan moet ik mij daartegen ver
zetten.
VOORZ. Ik geloof, dat we elkaar ver-
5