2 3. DEC. Ki6
voorstel van den heer Moors ben. Ik heb
naar aanleiding van een vraag die me
werd gesteld, waar het benoodigde be
drag te vinden zou zijn, alleen maar ge
zegd „Op die post is nog f 100 over.
Ik heb in het geheel niet gezegd dat van
het voorstel van B. en W. of de finan-
ciee'e ommj?£i'e moest worden afgewe
ken.
dhr. SWAQEMAKERS. U hadt toch
direct een bedrag van f100 gevonden;
daar kan men zijn conclusies uit trekken.
VOORZ. Maar de conclusies die U
trekt zijn verkeerd.
dhr. HERBERS. Ik zie evenals dhr.
Delhez zeker het groote nut van het jeugd
werk i n, maar ik zie ook het groote nut
van de muziekgezelschappen. De muziek
werkt ook beschavend, maar daar wor
den de menschen afgehaald. De muziek
gezelschappen gaan op den duur een
kwijnend bestaan lijden.
dhr. OVERHEIJDFN gaat uit hoofde
van het groote belang van het jeugdwerk
accoord met het voorstel van dhr. Moors.
dhr. RUIJTEN. meent dat de gelden
nooit beter besteed kunnen worden dan
voor dit jeugdwerk.
dnr. JOCHEMS. is in tegenstelling tot
de vorige vergadering thans tegen dit
voorstel omdat veel menschen zooals café
houders e.d. van de patronaten groot na
deel hebben.
Het voorstel van dhr. Moors hierna in
stemming gebracht wordt verworpen met
5 tegen 6 stemmen.
Vóór stemden de heeren Overheijden,
van den Bergh, Ruijten, Huijsmans en
Moors.
Tegen de heeren Kostermans, Del
hez, v. d. Kieboom, Herbers, Jochems en
Swagemakers.
7. BENOEMING VAN EEN LID
VAN 'T BURGERLIJK ARMBESTUUR
(periodieke aftreding P. Oerlemans.)
Op de aanbeveling van het Burgerlijk
Armbestuur zijn geplaatst
1. P. Oerlemans
2. M. P. Overheijden
Uitgebracht worden 11 stemmen waar
van 9 op den heer Oerlemans en 2 op
den heer Overheijden.
Benoemd dnr. Oerlemans, de benoemde
en het Burgerlijk Armbestuur zullen met
deze benoeming in kennis worden gesteld
10