o i
1 D. fini. I535
Ook aan den Inspecteur der Directe Be
lastingen zal van een en ander mededee
ling worden gedaan.
7. Vaststelling tweede suppletoir kohier
Hondenbelasting 1934
Dit kohier wordt z. h. s. vastgesteld op
f3.—
8. Vaststelling Kohier Hondenbelasting
1935.
Dit kohier wordt z. h. st. vastgestld op
f 2089.
Punt 9. is behandeld tegelijk met 1 j.
10. Wijziging der verordening bedoeld
in art. 223, laatste lid Gemeentewet.
♦*7 or. Door de Salaris-Commissie is het vol-
gende advies uitgebracht
nj' j Steenbergen, 12 Maart 1935
Naar aanleiding van het om advies
in handen onzer Commissie gestelde ont
werp „Verordening Gemeentepolitie" waar
in zijn verwerkt cïe door den heer Com
missaris der Koningin noodig geoordeelde
wijzigingen, hebben wij de eer te be
richten dat wij ons met dit ontwerp
kunnen vereenigen.
Onze Commissie adviseert derhalve de
nieuwe „Verordening Gemeentepolitie"
overeenkomstig dit ontwerp vast testellen.
dhr. THEUNISSE. Deze verordening
kan mijn goedkeuring niet wegdragen en
ik zal derhalve tegenstemmen. Ik zal op
het advies van de Salaris-Commissie niet
ingaan, omdat deze blijkbaar gewerkt
heeft onder den invloed van de autoriteit,
op wiens voorstel deze verordening is
ingediend. Ik neb hier al meermalen be
toogd, dat de Gemeente-Ambtenaren hier
in den Raad voortdurend een zwaard van
Damocles boven het hoofd zweeft, doch
thans is dat zwaard weer eens neergeko
men en we! op het hoofd der politie.
Ik heb hier voor me liggen een afschrift
van den brief van den Minister van Bin-
nenlandsche Zaken, die nog niet lang ge
leden hier in den Raad ter tafel is ge
weest. De Minister schrijft
„Krachtens machtiging van H. M. de Ko
ningin van 23 October 1933, No. 39, heb
ik de eer U mede te deelen dat door H.M.
de Koningin is verklaard, dat het gemid
delde peil der wedden en loonen van het
personeel Uwer gemeente niet voor veria
ging in aanmerking komt.
Eene beschikking als bedoeld in art. 17,
lid 1 van liet Koninklijk Besluit van 18
O
18