40
I
2 0. FEP.
40
3.
uitgeput, en nu kan er wel van werkver
schaffing op steun worden overgeschre
ven, maar het is toch beter dat de meU-
schen kunnen werken.
dhr. MOORS. Ook ik ben er een voor
stander van, 0111 die menschen zooVeell
mogelijk te laten werken. Dit kost de ge-,
meente wel iets meer er blijft ook wat van
over.
Ik heb berekend dat werkverschaffing
de gemeente per arbeider en per wéék
f 3} :meer kost dan steun verleen ing, maar
dan staat er ook een blijvende prestatie
tegenover de uitgave.
We moeten de menschen toch helpen,,
als we geen werk hebben moeten wte
steun geven, en daarom is het wel japn
mer dat onze zienswijze op dit punt zoo
slecht overeenkomt. Ook moreel bezien is
het wel beter dat de menschen werk
hebben.
dhr. van LOON. De voorstelling van za
ken die mijnheer Moors geeft, namelijk
een verschil van f 3 per week is volgens
mij niet te bereiken bij wegenverharding
Als een arbeider aan steun ontvangt f 10
per week en bij gewone werkverschaffing
f2 meer, dan zal de gemeente bij wegen
verharding voor hem f 30 per week moe
ten uitgeven, omdat er zooveel ten laste
moet worden gelegd aan materiaal En een
zoodanige uitgave acht ik ondier de te
genwoordige tijdsomstandigheden voor de
gemeente niet verantwoord.
dhr. THEUNISSE. leder jaar wordt er
hier over werkgelegenheid gesproken, en
een paar jaar is ook de badgelegenheid
al ter sprake gekomen. Hoe staan we nu
met het zwembad, daar hoor ik heelemaal
niets meer van.
dhr. KOSTERMANS. Daar gaan we in
Juni weer over praten
dhr. THEUNISSE. Ik geloof dat dit een
zeer geschikt object voor werkverschaf
fing zou, zijn.
dhr. HERBERS. Naar aanleiding van "1
gesprokene door den heer Moors wil ik
nog even opmerken, dat wanneer wij die
particuliere wegen willen gaan verharden,
we hoogstwaarschijnlijk geen toestemming
van Ged. Staten zullen krijgen. Daarom
is d,eze werkverschaffing niet van belang
voor 1934 maai' wel voor 1935.
Overigens voelen wij allen het bezwaar
van den heer Moors, want het is beter de
menschen te laten werken dan steun te
betalen.
N(U spreekt de heer Theunisse over een
zwembad. We hebben daar drie of vier
keer over vergaderd, maar telkens ials
men de zedelijkheid zoo"n beetje .tegen