1 "Li,. JO
In de vacature Chr. Mol worden aanbevolen
1Adr. Qeers; 2. Jac. Delhez
dhr. DELHEZ. De aanbeveling in de
vacature van den heer Mol luidt1A. Qeers,
2. Jac. Delhez. Er is hier al meermalen de
aandacht op gevestigd dat het meer dan tijd
wordt dat er eens een arbeider zitting krijgt
in het Burgelijk Armbestuur. Nu is daar altijd
wel tegen aangevoerd dat in het Burgerlijk
Armbestuur zooveel mogelijk leden van
andere Armbesturen moeten zitten, maar als
men met die taktiek doorgaat krijgen de
arbeiders nooit een kans om zich in het
Burgelijk Armbestuur te doen vertegenwoor
digen, want in de Katholieke Armbesturen
is nog geen plaats voor de arbeiders.
Het spijt me dat ik het hier moet zeggen,
maar deze lichamen schijnen nog bijzonder
slecht op de hoogte te zijn met onzen Katho
lieken Volkspers. In de Volkskrant is er
herhaaldelijk op gewezen dat in de Katholieke
Kerk en Armbesturen ook arbeiders moeten
zitting hebben.
Wanneer men dus redeneertIn het
Burgelijk Armbestuur moeten leden van
andere Armbesturen zitten, en in die andere
Armbesturen ziet men de arbeiders over het
hoofd, dan kunnen deze laatsten wel op het
dak gaan zitten en het Wilhelmus fluiten
De vorige vergadering heeft dhr. Over-
heijden reeds met klem op aangedrongen, dat
in het Burgerlijk Armbestuur een arbeider zal
worden benoemd, en desondanks krijgen we
hier een aanbeveling waarop als no. 2 een
arbeider voorkomt, terwijl het altijd gewoonte
is dat nummer wordt benoemd. Men moet
de arbeiders niet op de aanbeveling zetten,
om het papier vol te krijgen. Billijkheidshalve
hebben we recht op vertegenwoordiging en
daarom diende de arbeiders Candidaat num
mer één te staan.
Ik doe dus een beroep op den raad dat deze
ofwel een arbeider zal benoemen ofwel de
aanbeveling terugzenden.
Het toeval wil dat ik zelf nummer twee op
de aanbeveling sta, zoodat het dus den schijn
zal kunnen wekken dat ik hier voor me zelf
zit te praten. Daarom deel ik U mede dat ik
zelf in geen geval een benoeming zal aan
nemen. Na het door mij gesprokene gaat dat
niet meer
Maar dit is geen bezwaar, want er zijn
werknemers genoeg, die meer nog dan ik
voor een benoeming in aanmerking komen.
dhr. HUIJSMANS. Ik moet den heer
17
in