17 8 13 31 PfT IC' O li verkiezingen. Het moet anders, zoo wordt er gezegd. Toen ik hier mijn intrede deed in (den gemeenteraad was ik bestuurslid van de Centrale Eiesvereeniging en van de Kies vereeniging voor Gemeentebelangen. Voorzitter van de Eiesvereeniging was toen iemand die volkomen kleurloos was. Deze was er in geslaagd een groepje bij-, een te trommelen, wat tot taak had andte ren in te lichten, met 't oog op de "Welhou, dersverkiezing. Ik heb me toen soherj gezet, en het is me gelujkt hem in rijn) minderwaardig streven tegen te honden. Toen echter reeds begonnen de poppen te dansen, en was het raadslid Herbers 't zwarte schaap. Nu zou ieder verstandig mensoh den ken, dat wanneer men bepaalde ongerech tigheden weet, en men brengt die in den Raad naar voren, dat alsdan naar die mistoestanden een onderzoek zal worden ingesteld, en dat men medewerking zal onl dervinden om dergelijke verkeerde verhou dingen uit den weg te ruimen. Maar neen hoor, ik r aakte aan het 'heilig huisje, en dat mocht natuurlijk niet Integendeel, alle mogelijke beleedigin gen en vernederingen zijn mij aangedaan'. Maar ik had toch mijn eed afgelegd de belangen der gemeente steeds ,naiar mijn beste weten en eerlijke overtuiging te zul len dienen en behartigen. r Mijn eed, waar ik trotsch op ga En mocht ik dan. in den Raad niet noe men, de dingen die ik met mijn eiigen oogen als vakman had gezien Mocht ik de toestanden bij de R.R. Bouwvereeniging niet aan de kaak stel ten A la ar neen, Er werd gezegd ,Dien Her bers maakt het te gek, die man moeten we zien te verbannen". De groep stak de koppen bij elkaar, en trok als het tegen mij ging in alles óen lijn. Aan die men schen mocht niet geraakt worden, want dat waren zulke deftige en eerlijke per sonen, en die stonden zoo sterk in hujn ge loof. Door dik en dujn zou men met hen hebben moeten meegaan Ik heb daar steeds voor bedankt, En wat hebben ze toen bij een volgende ver kiezing verzonnen j Och ze hadden het in hun machjt om) de lijst samen te stellen zooals zij wil-i den. Het is geen wonder, dat de Eiesver eeniging nooit iemand pit het volk lp, den raad heeft gebracht, want dergelijke menschen hadden daar geen schijn van' kans.

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1933 | | pagina 179