5ft
3 O MAART 1931
dhr. BASELIER. Ik meen dat die zaak
in de vorige vergadering' wei degelijk isj
besproken. Ik heb echter te weinig ge
legenheid igehad om deze zaak te bestu-
deeren, en ik wil daarom nog eens op mijn
gemak de stnklken inzien. Dit is de reden
dat ik mij met het voorstel van mijnheer
Herbers kan vereenigen om deze zaakl
tot ae volgende vergadering aan te houden
dhr. THEUNISSEi verlangt stemming
over het voorstel van den heer Herbers
dhr. van BERGEN. Voor tot stemming
wordt overgegaan, wil ik even mijn stem
motiveeren. Ik heb de vorige vergadering
over deze zaak niets: gezegd. De opmer
king over den financieelen toestand dei-
gemeente, die door Ged. Staten wordt ge
maakt, "acht ik volkomen j,uist.
AjIs Voorzitter van de financieele Gom
mis.de is het mij voldoende bekend dat de
financieele toestand der gemeente niét
van dien aard is, dat loonsverlaging nood
zakelijk moet worden geacht. De loonen
te Steenbergen zijn ook niet te hoog'.
Het voorstel van den heer Herbers hier
na in stemming gebracht wordt aangeno
men met 7 tegen 3 stemmen.
Vóór stemden de heeren Beugmans, van
Loon, van den Bergih, Baselier, Herbers',
Moors en Swagemakers.
Tegen de heeren Veraart, van Bergen
en Thepnisse.
f. Verzoek d.d. 14 Maart 1931 van
ae R.K. Middenstandsvereeniging Steen
bergen om de Steenbergsche kermis te
willen bekorten, en als kermisdagen al
leen te bestemmen, den Zaterdag Zon
dag en Maandag.
dhr. MOORS. Waar dit verzoek komt
van de R.K. Middenstandsvereeniging1 geeft
hel m.i. ihiet verlangen weer van een
be langrijke ,groep onzer burgerij. ik
zvjui haast zeggen van de meest beiang
hebbende bij de kermis, en daarom ver
dient dit verzoek onze bijzondere beiang-
■ste ling, en zou ik willen adviseeren aan
den wensch der R.K. Middenstandsvereeni
ging tegemoet te komen. Het va.it te over
wegen of de Donderdag gehandhaafd moet
o ïjven, waar men vasthoudt aan de
idee van jaarmarkt, zooa!|s die reeds van
p;u(dsher heeft bestaan. Het is verre van
mijn bedoeling andere menschen hun da
gen van ontspanning te ontnemen. Ik hen
de overtuiging toegedaan dat ook voiksfoe'j
ten wel degelijk hun reden van bestaan
hebben, de boog kan niet aitijd gespannen
zijn. Nu is het kermisvermaak (helaas)i
6