I
y
11
1931
AAts>S
14
ik zou met een eed durven bevestigen dat
er geen cent verduisterd is.
dhr. HERBERS. De heeren begrijpen
me verkeerd. Ik heb een clausule voorge
lezen uit de notulen van een vergadering
in 1926. Toen hingen de malversaties in
onze omgeving in de lucht, en toen heb'ik
aangedrongen op controle ter voorkoming
van malversaties.
En ik wil nu evenals de heeren Moors1
en van Bergen niet blij ven kankeren maar
de zaak aan den kant doen.
dhr. VOGELAAR. Ik ben ook van mee-
(nin dat het nu ook maar uit moet pijn.
VOORZ. Ik wil alleen nog dit verklaren
dat B. en W. bij het onderzoek zich'
geheel afzijdig hebben gehouden. Alle
verlangde gegevens zijn door ons aan,
de Commissie verstrekt, en met het samen
i'tellen van het rapport hebben wij ons
op geenerlei wijze bemoeid.
dhr. MOORS meent dat na de interpel
late van den heer Herbers publicatie van
het rapport overbodig is.
dhr. van LOON acht het beter de stuk
ken niet te vernietigen, daar dit argwaan
verwekt, doch deze te bewaren.
dhr van BERGEN is dan bereid de
laatste zinsnede van zijn voorstel, luiden-
o.e „en de administratie betreffende het
zoogenaamde potje te vernietigen" in te
trekken.
dhr. BASELIER. Is het dan niet ge-
wens cht het rapport van de financieele
Commissie te publiceeren. Dan krijgen we
tenminste een zuiveren toestand.
dhr. HERBERS. Wat hier in mijn inter
peliatie staat, is de waarheid, en wanneer
er een rapport (gepubliceerd wordt dat
anders zou luiden kom ik weer in een
verkeerd daglicht te staan. U kent allen
het raadslid Herbers, en in dat geval
geel ik het niet op, maar begin ik op
nieuw. Ik zou daarom nu maar ineens de
zaak van de baan willen hebben.
Het voorstel van den heer van Bergen,
gewijzigd zooals hierboven is aangegeven
word! hierna met algemeene stemmen aan
genomen. i
VASTSTELLING KOHIER HONDENBt
LASTING 1931
Met algemeene stemmen wordt besloten
t kohier vast te stellen op een bedrag!
van f 2048.
VOORZ. Nog is ingekomen een verzoek
van A. Noorddijk, Bolspolder C 29, om
vrij vervoer voor zijn leerplichtige kin
deren naar de Bijzondere school van het
N H. Weeshuis te Steenbergen. Uit een
ingesteld onderzoek is gebleken dat tie