d /jA.
3 O OCT. 1931
35
O i
mij1,want steeds' heb ilk gietradht in den!
tijd van terugslag de belasting laag te
Ikrijigen. U moet niet vragen wat dat te
beteekenen heeft, als de belastingen zoo
©inboog löópen.
dhr. van BERGEN. De opcenten op de
■personeele belasting zijn niet met 60 ;doch
met 30 verhoogd.
dhr. HERBERS. Verhooging van het be
üjastbaar inkomen is ujt dein booze. We
moeten trachten de uitgaven in te krimpen
opdat de menschen niet zwaarder belast
zouden worden. De gfewone burge'rij' en
en de landbouwers hebiben het veel t
ziwaar te verantwoorden.
Ik [heb hier al jarenlang op belasting
verlaging aangedrongen.
VOORZ. De crisis-werkloosheid is oor
zaak dat wij1 de belasting moeten verhoo-
gen.
dhr. HERRERS. Wat zullen de men
schen zeggen als er in deze raadsivepga -
dering weer niet bezuinigd is Als men
een voorstel1 wil doen, durft men niet,
lomdat het reeds tevoren vaststaat dat
liet toch keldert. De burgerij', de mcnsidhen
die geen boekhouding hebben zijn er het
ergst aan toe. Ik betreur deze belastingvfer
hooging
VOORZ. Wij' stellen die belastingverhoo-
gling ook niet voor óns plezier vóór.
-Veel liever waren we evenals' vorig jaar
met de mededeelling gekonilen dat die bé
lasting weer verlaagd kon worden. Vorig
jaar konden we zeggen „Steenbergen be
taalt in 1931 f 30000 minder belasting,
lasting,, maar in dezen crisis, die voor ons
zooveel werkloozenzórg; meebrengt kun
nen we niet anders. Het eenigje is, dat wé
ons er doorheen zien te werken.
dhr. HERBERS. Die crisis heb ik al'
al jarenlang voorzien. Alleen het shielle
tempo kon mien niet verwachten.
VOORZ. Ik geloof niet dat iemand dezen
crisis heeft kunnen voorzien.
idhjr. HERBERS. De rem is niet tijdig
aangezet. Men heeft hier nooit willen Sa
men werken aan de bezuiniging.
idlijr. SWAGEMAKERS. W,at wil U dan
doen Welke rem wil U aanzetten'
idhjr. HEBBERS. Het is nu te laat. Maar
jk ben al vanaf 1920 onafg|eb(roken ge
waarschuwd. doch ik werd voor een war
hoofd aangezien.
VOORZ. Maar U isj er toch naast. Dei
belasting moet niet worden verhoogd
voor uitgaven die voor eenige jaren zijn
gedaan, waar voor den crisis van tegen
woordig en die crisis w,as niet te voorzien
'dhir. HERBERS. Vandaag] hadden we
kunnen bezuinigen. Ik had de pensioens-
