2 9 OKT. Straatverbetering en wegenvèróetering en overname van grond (Stukken no. 51 51a 51b.) dhr. HERBERS. Ik kan niet accoord gaan met het toestaan van vrijstelling van vermakelijkheidsbelasting. Dergelijke ver- eenigingen zijn juist de doodsteek voor de particuliere vereenigingen die veel moe; ten betalen. Wat betreft de overname van den grond De weg is van Crulij'slands polders, en jdaar om kan ik met aankoop niet accoora gaan. Wel kan ik' mij' er mee vereenigen dat tot verbetering van dien weg in samenwer king met Cruijslands-po 1 ders wordt over gegaan, tot bij1 L. Nijlslsen, want de toe stand is daar inderdaad onhoudbaar. Verbetering is beslist hoog noodig. dhr. BAZELIER. Het is nog zeer kort geleden dat we daar een nieuwen weg van f 25000 hebben aangelegd, er is al thans f 25000 voor geleend, en nu is hij reoofs 2 of 3 maal moeten hersteld worden. Ik ben voor verbetering, maar dan voor een afdoende verbetering. Als we nu ge deelten gaan aankoopen, moeten we die dan zelf ook weer gaan verbeteren? Hier zou ik dan toch wel een tegenprestatie te genover willen zien gesteid, Waardoor de uitgaven voor de gemeente geringer wer den. VOORZ. Om misverstand te voorkomen wil ik even het volgende opmerken. Er zijn drie verzoeken ingekomen, waarvan er twee staan ter beoordeeling van B|. en Wj. en een van den Raad n.I. dat be- treffende overname van een strook grond, waarop indertijd een rooilijn is gelegd. Destijds is dezerzijds al medegedeeld dat wanneer de gemeente een rooilijn gaat leggen, een zekere moreele verplichting tot het geven van schadevergoeding kan ontstaan. We moeten hierbij geen precedent stel len, maar, ieder geval op zich zelf gaan be- oordeeien. Voor ons is het thans een mo reele plicht dien grond te koopen en (de financieele commissie heeft een goed werk gedaan door de prijs tot op de helft terug te Drengen. dhr., v. BERGEN. Alle grond die ach ter een rooilijijn ligt is niet steeds waarde los dikwijls kan dezen nog dienst <j°en ais tuintje en een zakenman kan er soms gebruik van maken voor het plaatsen! van voorwerpen. Hier echter is de grond! voor de eigenaars! volkomen waardeloos geworden en juist op grond van dit bijzondere geval meent de commissie dat voor schadevergoeding wel redenen aan wezig zijd. j 5 I ïsii' J;:

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1929 | | pagina 48