1 11 JAN. 1928 Da taak van den i napoo tear van het L. O. ia om te zorgen dat het onderwijs goed ia. Als de inapeotear dan zijn goedkeuring aan een aan- -CCtst* y vrage hecht, dan blijkt daaruit, dat de leermid- i delen voor het onderwijs wensohelijk en niet overbodig zijn. Maar de inspecteur van het L O. ie geen inspecteur der gemeentelijke financien en de raad heeft zelf te beslissen of hij al dan niet het verzoek zal (oe staan. dhr. v. BERGEN lieht het rapport der finan- oieele commissie toe. We hebben over deze zaak ook een desknndige geraadpleegd, en de een zegt dat het bedrag moet worden toegekend volgens art. 72, de ander volgens art. 101. Maar art. 101 Bub 5 zegt dat uit dit artikel worden bestraden de kosten genoemd in art. 55 onder e tot en met h en o. Onder de hier bedoelde kosten worden in artikel 55 onder genoemd, die voor het aanschaffen en onderhouden van de sohool- boeken, leermindelen en schoolbehoeften. Mis schien is het wel gewensoht dat nu eens een uitspraak van hooger hand wordt gedean. dhr. LEIJS. Heeft de financieele oommissie hierbij overleg gepleegd met het sohoolbestuur? dhr. v. BERGEN. Wel met een deskundige, dhr. LEIJS. Ik aoht het daarom wel ge wensoht dat nog eens overleg wordt gepleegd met het sohoolbestuur. Als we niet verplicht zijn de gelden te geven, dan ben ik tegen inwil liging van het verzoek. Het sohoolbestuur is door een deskundige medegedeeld dat de ge meente verplioht is de gevraagde gelden te geven en dit zal dan ook, indien het verzoek wordt afgestemd, in hooger beroep gaan bjj Ged. Staten. Ik stel daarom voor dit stuk te renvoyeeren naar de financieele oommissie, die dan in overleg met den inspecteur en 't school bestuur nader over deze zaak kan beraadslagen. VOORZ. Volgens de wet zijn we verplioht voor 15 Januari a s. een beslissing te nemen. De algemeene regel der wet is dat aansohaffing van eerste leermiddelen voor rekening der gemeente plaats heeft. Alle andere kosten van leermidde len moeten door het sohoolbestuur worden betaald uit het bedrag dat zij per leerling uitbe taald krjjgen. Wanneer die leermiddelen destijds waren noodig geweest dan lag het op den weg van het sohoolbestuur om direot een aanvrage in te dienen, en niet om driejaren daarmede te waohten. Hierbjj komt nog dat reeds vorig jaar een bedrag voor de aansohaffing van leermid delen is gegeven wegens uitbreiding der sohool dhr. LEIJS. Het is juist in het belang der gemeente dat het schoolbestuur zoo lang ge wacht heeft. In het sohoolbestuur sgn destijds wel stemmen opgegaan de vergoeding maar aanstonds aan te vragen, en dan had de gemeente het bedrag voor 17 leerlingen moeten besohik- baar stellen, nu sleohts voor 10. VOORZ. Een bedrag van f 700 voor 10 leer- 13 -i. «J

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1928 | | pagina 14