2 31 2 8 OKT. »27 worden de menschen ten onrechte bang gemaakt. Ik heb eerst allerwege geïnformeerd wie ik op mijn lijst zou nemen. Mej. v. Meer heeft me gevraagd om op mijn lijst te mogen staan. Vier jaar lang heeft Mej. van Meer alles met me gedeeld. Maar nu is deze juffrouw vanaf het eerste oogenblik lijnrecht tegen me ingegaan, vanaf het eerste oogenblik heeft ze lijnrecht tegen het hoofd van de lijst gestemd. Deze dame die hier vier jaren lang aan de groene tafel gezeten heeft, als een zwijgende visch was wel degelijk verplicht om met me mee te gaan. Anders had ze niet op de lijst moeten willen staan En als ze nu toch niet met me meegaat, is ze verplicht te bedanken, dan komt een ander aan de beurt. Maar als de juffrouw zoo klein geestig is om voor een paai pond koffieboonen niet meer met me mee te gaaD, dan geeft ze schijn en blijk dst ze van de geheele zaak niets begrijpt. dhr. BASELIER. Berbers heeft daar de zaak weer eens even wakker geschud. Herbers is alleen de Piet, hij is alleen rechtvaardig, hij is de man die alles weet... VOORZ. Ik roep u tot de orde. dhr. BASELIER. Maar mijnheer Berbers is een domme jongen. Ook ik heb altijd moeten strijden met m'n eigen vrije lijst. Destijds heeft de heer Jacobs mij vrijwillig gevraagd om op m'n lijst te staan. Ik ging daarmee accoord. Maar ik heb hem nooit willen binden, hij behoefde niet met me mee te gaan. Bij had slechts het gemeentebelang volgens zijn eigen eerlijke overtuiging te behartigen. Mijnheer Berbers is altijd de man van de democratische partij geweest, maar als hij z'n zin niet krijgt is hij nijdig. De heer Jacobs heeft hier in den raad steeds naar zijn beste weten 't gemeente belang gediend, en toch is hij door Berbers in zijn strooibilletten afgekamd. Ik blijf er bij dat alle leden volkomen vrij zijn om te stem men zooals ze zelf willen, en Berbers is drie honderd jaar achter. Ik wil echter over wat auders spreken. Ver schillende straten hebben voor verbetering op den voorgrond gestaan. De raadsleden moeten met alle wijzigingen op de hoogte blijven en overal de kosten van kennen. Zoo is bijv. de Damstraat goed, doch deze werd opgebroken, de Kaaistraat is eveneens opgebroken en de keien worden vervoerd naar Koevering en Kladde. Ik weet niet of dit al of niet noodig is. De raadsleden moeten de begroeting in eigendom thuis hebben, zoodat ze gedurende 9

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1927 | | pagina 90