/la^% 194 2 8 OKT. 1527 '/i de weg zou moeten loopen, wel bereid zouden zijn den benoodigden grond af te staan. De commissie heeft aan van Loon geadviseerd omtrent dit laatste punt zekerheid te verschaf fen en tevens van de betrokken eigenaren een schriftelijke verklaring te vragen, voor welken prijs zij eventueel bsreid zullen zijn den be noodigden grond te verkoopen. De commissie stelt zich voor, zoodra zij deze verklaringen heeft, een nader voorstel aan den Baad te doen. VOORZ. B. en W. stellen voor zich te vereenigen met het advies der commissie en deze zaak aan te houden totdat een nader voorstel zal zijn ingekomen. dhr. THEUNISSE. Ik acht het aanhouden dezer zaak bezwaarlijk. Men is al licht niet ge neigd om iets af te geven. Ik vrees dat wanneer geen medewerking wordt verleend, adressant niet in zijn pogingen zal slagen. De commissie is van meening dat de aan te leggen weg een lengte zal hebben van 800 M. Ik geloof evenwel dat de commissie zich hier een weinig heeft misrekend, ik geloof eerder dat deze weg een lengte zal hebben van meer dan 1000 M. Ik ben wel geen afstandenschatter, maar toch geloof ik dat ik met 1000 M. de juiste lengte meer nabij kom dan de commissie met 800 M. De eigenlijke uitweg moet eigenlijk nog be staan, dit is van oudsher bekend, zoodat ver moedelijk niet meer dan ongeveer 20 M. be hoeft te worden afgegeven. Daarom zou ik willen voorstellen dat de gemeente er zich meer voor zal interesseeren om daardoor den betrok ken persoon, die er reeds veel voor deed eeniger- mate te ontlasten. dhr. v. LOON. De heer Theunisse merkt op dat de lengte van den weg zooveel meer bediaagt dan 800 M. De commissie heeft weliswaar den weg niet opgemeten doch wij zijn afgegaan op de mededeelingen van v. Loon zelf, die beweert den weg te hebben opgemeten. Van Loon deelde ons mede dat de weg een lengte heeft van 700 800 M. Adressant was ook van meening dat de menschen wel bereid zouden worden gevonden om de noodige grond af te staan. De commissie is evenwel van mee ning dat wanneer de raad in deze het initiatief overneemt, dit tot gevolg zal hebben dat de voorwaarden worden verzwaard. dhr. v. d. BERGH. Wanneer spoedig met de uitvoering van dit werk wordt begonnen, kan dit een mooie gelegenheid zijn voor werk verschaffing. Ik geloof wel, dat de werkloosheid dezen winter bijzonder groot zal zijn, zoodat we alle middelen tot werkverschaffing wel te 2

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1927 | | pagina 83