3o NOV. 1927 238
En ik moet u thans eerlijk zeggen dat de
financiën der bonwrereeniging mij zijn mee-
gevallen. Hier is verschrikkelijk tegen de
bouwvereeniging geageerd, men heeft het
voorgesteld alsof er een half miljoen kapitaal
verloren was. Zoo iets komt niet te pas. We
moeten hier een zaak niet verdacht gaan
maken met scheeve voorstellingen, daar moe
ten we als raadsleden bovenstaan. Ik spreek
hier volkomen vrij, ik hang al twaalf jaar aan
niemand en ik vraag me af, wie zal hier hnizen
bouwen als de bouwvereeniging het niet doet.
De heeren Swagemakers en de Wit wilden dat
de gemeente zelf zou boawen. Dat is niet de
weg. Men moet het particulier initiatief niet
voorgoed afmaken. Langzamerhand ontstaat
hier een tekort aan woningen, dat doet zich nu
ree ds gevoelen. Het particulier initiatief kan
thans nog niet bouwen, laten we nu toch eens
ons gezond verstand laten werken. De finan
ciën der bouwvereeniging zijn goed en als vrij
onafhankelijk raadslid durf ik gerust mijn stem
aan het verzoek te geven.
dhr. HERBER8. 't ls toch wel vreemd dat
de heer Bazelier het beter weet dan de leden
van den Raad van Commissarissen. Ik kan mij
met het voorstel van B. en W. vereenigen.
dhr. BAZELIER (wil wederom het woord
voeren). Ja, M. de V., 't is voor de derde maal.
VOORZ. Neen, 't is voor de vierde maal.
Hebben de leden er bezwaar tegen dat de heer
Bazelier nogmaals het woord verkrijgt?
dhr. BAZELIER. Wel neen, daar hebben
ze heelemaal geen bezwaar tegen, daar heeft
alleen maar de voorzitter bezwaar tegen.
Herbers vindt het vreemd dat Bazelier het
beter weet dan de Raad van Commissarissen.
Maar nu moet ge maar eens zeggen hoeveel
vaklui of er in den Raad van Commissarissen
zitten. Ik heb zelf ook huizen gebouwd en
daarom durf ik hier gerust voor mijn meening
uit te komen. Het heeft me ook gefrappeerd
dat de heer van Bergen in de financieele com
missie eerst voorstelde om het crediet toe te
staan en toen de zaak hier in stemming kwam,
zich van stemming onthield.
dhr. v. BERGEN (Steenbergen). Toen ik
pas raadslid was zat mijnheer Bazelier naast
een heer inplaats van naast een dametoen
heb ik dien mijnheer eens tegen mijnheer Ba
zelier hooren zeggen//kletsmeier"
Toen het rapport der financieele commissie
was voorgelezen heb ik gezegd //het rapport
der financieele commissie heeft geen verdere
strekking dan de bevestiging dat de berekening
9