8 2 4 FEB 1926 zij het aan zich zelf te wijten dat deze zaak op de lange baan geschoven is. VOORZ. Dit verzoek is een uitvloeisel eener conferentie. dhr. BAZELIER. Dan is er ook geen schuld bij het gemeentebestuur. Als exploitanten niet hadden stil gezeten, was deze zaak reeds lang dhr. HERBERS. Ik geloof dat 't het beste is, de discussie te sluiten en het voorstel van B. en W. aan te nemen, dan zal het nood- slachthuis er gauw staan. dhr. DE WIT. Is er al iets bekend omtrent de plaats waar het gebouw zal worden opge richt. Hierbij zou rekening moeten worden gehouden met het publiek. By voorkeur zou de stichting in het centrum der gemeente moeten plaats hebben. VOORZ. De eerste maand zal toch nog niet met den bouw kunnen worden begonnen, zoo dat we nog gelegenheid hebben hierover met den raad te confereeren. Tevoren zullen we evenwel adressanten raadplegen. dhr. v. BERGEN hoopt nogmaals dat zoo veel mogelijk volgens het rapport der finan- cieele commissse zal worden te werk gegaan. Het voorstel van B. en W. tot oprichting van een gebouw voor noodslachtingen wordt hierna met algemeeme stemmen aangenomen. 2. Wijziging van de verordening tot heffing eener belasting op vermake lijkheden. VOORZ. Zooals de Raad uit het rapport der financieele Commissie vernomen heeft, stelt deze een geheel nieuwe verandering voor. Ik stel daarom voor tot artikelsgewijze behan deling over te gaan. Achtereenvolgens worden met algemeene stemmen aangenomen de artikelen 1, 2, 3, 4, 5 en 6. Artikel 7. Aangaande dit artikel deelt de financieele Commissie in haar rapport mede, dat het bij de vorige kermis ondoenlijk is gebleken, dat de politie, overal voldoende controle houdt, zoodat het den belastingplich tige zeer gemakkelijk viel de belasting te ontduiken. De Commissie is derhalve van meening dat voor deze dansgelegenheden een afzonderlijk artikel moet worden ingelascht en komt het haar het meest geschikt voor, als maatstaf te nemen de oppervlakte der lokaliteit. Bovendien dienen B. en W. de bevoegdheid te hebben voor dit bijzonder geval, een afzonder lijke klasse-indeeling vast te stellen. 8

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1926 | | pagina 9