Vrijdag 26 Juni 1926
OPENBARE VERGADERING
van den Gemeenteraad
2 5~
Tegenwoordig de heeren: A. G. Moors,
P J. C. Swagemakers Wethouders; Ciir.
Herbers, Mej. Pa. van Meier, de heeren
J. Theunisse, J. C. Bazelier, A. L. M.
de Wit, J. W. Jacobs, N. van Bergen, M.
var. Merel, J. B. van Poortvliet en J, i..
Brooijmans.
Afwezig: de heer L. M. A v. Loon.
Voorzitter: de Burgemeiester
Secretaris: dhr. J. L. M. Jurgers.
VOORZ. Ik verklaar deze vergadering
voor geopend. De leden hebben als aan
vulling op de notulen der vergideong
van 21 Mei 1926 een afschrift vju een
schrijven van den heer Bazlelier ontvangen.
Ik stel voor deze aanvulling1 op te nte-
men in de notulen dezfcïr vergadering,
als rectificatie van die der vorige ver
gadering.
dhr. HERBERS. Ik zou tegen de op
name geen bezwaar hieb'ben doch het
schrijven heeft bij de stukkien Ier inzage
gelegen, is in de vergadering voorgelezen
en behandeld. Ik kan dus het doel van
opname niet inzien, en zou dit inlet het
oog op de administratieve rompslomp
maar achterwege willen laten.
Ik ben er daarom tegen, omdat ik op
name onnoodig acht, terwijl bovendien
bij de samenstelling der verordening niet
het schrijven is rekening gehouden.
dhr. BAZELIER. Kijk eens, Ik wil er-
alleen maar dit van zeggen: „In mijn
schrijven zet ik uiteen dat de maat van
buitenmuren en muren dienende lot schei
ding tusschen belendende gehouwen en
scheidingsmuren, tusschen woningen en
stallen zou blijven gehandhaafd op 0.16 M.
Ik zag' daarom liet schrijven gaarne in
de notulen opgenomen omdat ik zelf niet
ter vergadering kon tegenwoordig zijn, en
ook niet in de gelegenheid was de inge
komen stukken te komen inzien. Ik weel
niet waarom tegen "de opname van dit
schrijven bezwaar moet worden gemaakt
VOORZ. Ik zal mijn voorstel om de
aanvulling in de notulen te doen opniej-
men in stemming brengen.
De heeren van Hterel en van Poort
vliet komen ter vergadering.
dhr. THEUNISSE. vraagt den Voorz.
do zaak voor deze hejeren even te wij
ten toelichten, waaraan wordt voldaan.