3 26 MAART 1926 vragen. Doch ook in dit tweede geval is het zeer goed mogelijk dat de berekening niet te hoog is, zoodat de eenige fout waaraan adres santen zich hebben schuldig gemaakt is, dat ze eigenmachtig te ver zijn gegaan. dhr. HERBERS. Als vakman moet ik hier opmerken dat het zeer begrijpelijk is, dat toen adressant tot de ontdekking kwam, dat 4 a 6 M. te weinig was, zij bijv. 15 M. hebben gerepa reerd. Dit is geheel te goeder trouw geschied, en daarom ben ik er voor om hun rekening maar te betalen. "VOORZ. Door B. en W. is geen opdracht tot verdere reparatie gegeven. Steeds is ge zegd, dat alleen het hoog noodige mocht worden verricht. "Was het voor een stuk van bijv. 8 M, geweest, dan zouden we geen be zwaar hebben gemaakt, doch nu is het toch niet goed te praten dat iemand uit eigen be weging het geheele plafond uithakt. We willen de menschen direct betalen wat we met hen overeengekomen zijn. dhr. v. POORTVLIET. Als u ter zake een raadsvoorstel wenscht, dan stel ik voor dat de commissie van wegen en waterleidingen, met de Gebr. Oerlemans en de heeren Hageman en van Agtmaal deze zaak zullen onderzoeken. Dit voorstel wordt met algemeene stemmen aangenomen, zoodat het verzoek om onderzoek in handen van genoemde commissie wordt gesteld. c. Verzoek dd. 16 Maart 1926 van het bestuur der school van het N. H. Weeshuis om de voorschotten der vergoeding ingevolge art. 101 L. O.-wet te willen vaststellen over- (^?»^t4«/J^e'énkomstig de uitgaven per leerling van drie gelijksoortige M.U.L.O. scholen. d. Verzoek als voor betreffende de ge meentelijke vergoeding over 1924. Aan de hand van deze verzoeken zijn door ons eenige uitspraken in //de Gemeentestem" geraadpleegd. Dit blad dat als een autoriteit op het gebied der gemeente-administratie te beschouwen is, zegt in no. 8801 De omstandigheid, dat bij de bepaling van het voorschot, de 9-klassige school ten onrechte geheel als M.U.L.O. school is be schouwd, mag een juiste toepassing der wet dus splitsing van de school niet uit sluiting bij de vaststelling der vergoeding" en No. 8815, //Voor de berekening der ver goeding moet ingevolge art. VII der wet van 30 Juni 1924 de openbare M.U.L.O. school 5

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1926 | | pagina 24