O p 2 8 AUG. 1925 gratis beschikbaarstelling van een scheeps lading kunstmest voor ontginning van woeste gronden. dhr. HERBERS. Ik ben tr niet voor om gratis een scheepslading kunstmest beschik baar te stellen, want we hebben nog veel te veel in eigen tuintje te wieden. Ik stel daarom voor op het verzoek afwijzend te beschikken. Dit voorstel, gesteund door den heer Theunisse wordt met algemeene stemmen aan genomen. i Verzoek dd. 15 Augustus 1925 van het gemeentebestuur van Zoeterwoude, om adhaesie te betuigen aan het verzoek van den Raad dier gemeente tot afschaf fing van den zomertijd, dhr. THEUNISSE. Ik ben er voor om aan het verzoek adhaesie te betuigen, want ik ben van meening dat de voordeelen van den zomer tijd voor een plattelandsgemeente als Steen bergen niet opwegen tegen de daaraan ver bonden nadeelen. We hebben hier slechts enkele ambtenaren en industrieelen die van den zomertijd profiteeren doch het meerendeel der ingezeten ondervindt er last en schade bij. Daarom meen ik dat we zonder bezwaar adhaesie kunnen betuigen, en maak hiervan ook een voorstel. VOORZ. Ik ben een andere meening toege daan als de heer Theunisse. De industrie zal hier wel niet zooveel van den zomertijd profi teeren doch de landbouw zal er ook niet zooveel nadeel van ondervinden. Men is hier al zoo dikwijls over bezig geweest, en steeds zonder resultaat. Ik vind dat we hier nu eindelijk maar eens van moesten afstappen. dhr. BROOIJMANS. Ik ben het eens met het gesprokene door den heer Theunisse. De Voorzitter heeft wel gelijk dat we hier al zoo dikwijls over bezig geweest zijn, maar dan hadden ze dat ook maar niet moeten wijzigen. En als we maar stil blijven berusten,dan kunnen we het ongerief en de nadeelen blijven dragen. dhr. HERBERS. Als we nagaan hoe in vele huishoudens de kinderen op nieuwe tijd naar kerk en school moeten, hoe de vader op oude tijd moet gaan werken enz., dan zien we toch al dadelijk het groote ongemak, want in zoo'n huishouden is toch geen regel meer. Ik zou één tijd willen, en daarom ben ik er eveneens voor om aan het verzoek adhaesie te betuigen. Het voorstel van den heer Theunisse, om aan het verzoek adhaesie te betuigen, voldoende 7

Raadsnotulen

Steenbergen: 1920-1996 | 1925 | | pagina 77